De Italiaans-Franse tweelingbroers Paul en Gaëtan Brizzi maakten in de jaren tachtig voor het eerst naam met de animatiefilm Astérix et la surprise de César (1984), de vierde uit de reeks, waarna ze voor Disney aan verschillende animatiefilms werkten tot de eeuwwisseling. In de twee decennia erna leverden ze nog hand- en spandiensten aan verschillende animatiestudio`s maar legden ze ook meer hun focus op eigen werk, en meer bepaald het naar illustraties vertalen van literaire werken.
In 2015 verscheen La Cavale du Dr Destouches, waarbij Christophe Malavoy het scenario leverde (losjes gebaseerd op Célines trilogie D’un château l’autre – Nord – Rigodon, 1957-`61). Een tweede bewerking volgde in 2017 met Boris Vians L’Automne à Pekin als bronmateriaal. Hun vriend Olivier Souillé stelde hierna aan de broers voor om het eerste deel van Dante`s meesterwerk De goddelijke komedie onder handen te nemen. Een uitdaging zonder meer, niet alleen omdat het werk zelf gelaagd is en tal van verwijzingen naar zowel mythologie, geschiedenis als het toenmalige Firenze en de politieke twisten daar bevat maar ook omdat Gustave Dorés (19e eeuw) houtsnedes tot het collectieve geheugen behoren.
De befaamde COVID-pandemie bracht beide broers, net als veel andere creatievelingen, echter de tijd om over het project na te denken. Enkele tekeningen op basis van een eerste scenario overtuigde hen er tenslotte van dat het mogelijk zou zijn om De Hel, het eerste en bekendste deel van het werk, te bewerken. Het verhaal zelf is genoegzaam bekend, Dante die na de dood van zijn geliefde Beatrice zich verlaten voelt, droomt hoe hij in een bos opgejaagd door wilde dieren naar de Romeinse dichter Vergillius vlucht. Die neemt hem mee op een vreemde tocht die hem tijdens zijn eerste reis doorheen de zeven concentrische cirkels van de hel brengt, waar hij niet alleen de straffen ziet die de verdoemden in relatie tot hun zonde ondergaan maar ook praat met mythische/historische figuren en tijdsgenoten die hier hun straf ondergaan.
In potloodlijnen en grijstinten, nu eens bladvullend en dan weer sober `ingekleurd` weten de broers Brizzi het verhaal van Dante treffend vorm te geven. Dat ze daarbij niet alle straffen of cirkels even uitgebreid verbeelden, is zowel een artistieke als een noodzakelijke keuze geweest om het werk niet te overladen. Een aantal literaire vrijheden en omissies zijn met andere woorden onvermijdbaar maar doen geen afbreuk aan het werk, dat zowel liefhebbers van het origineel als zij die er niet mee vertrouwd zijn, zal aanspreken. De broers weten immers niet alleen de essentie van Dantes werk weer te geven maar dit ook te vertalen in krachtige, zwartwit tekeningen.
De enige kritiek die in deze adaptatie gegeven kan worden, is dat de auteurs geen enkele duiding geven bij het verhaal of de personages. Voor wie niet vertrouwd is met het origineel en waar verschillende personages voor staan, kan dit een mogelijk euvel zijn en hoe dan ook doet het ietwat afbreuk aan de beleving. Want hoe krachtig de tekeningen ook zijn, door bepaalde personages totaal niet te duiden, gaat wel iets verloren. Enkele korte verklaringen met paginaverwijzing achteraan in het boek had dit kunnen verhelpen en de lezer net iets meer kunnen laten genieten van het verhaal. Maar het is detailkritiek die weinig tot geen afbreuk doet aan het indrukwekkende werk dat de broers hier verricht hebben en Dantes meesterwerk via beelden opnieuw tot leven wekken.