Mooneye is een bende seuten. Mooneye is een stelletje ideale schoonzonen. Mooneye heeft net zijn beide voeten geveegd. Mooneye gaat uw hart veroveren.
Een lockdown geeft je de ruimte om na te denken en de tijd te nemen om alles vanop een afstand te bekijken. “I’ve been thinking about leaving”, zong Michiel Libberecht in 2019 op De Nieuwe Lichting, maar net als “Black River” haalde dat winnende nummer dit debuut niet. De rest van de band evenmin, want het Mooneye dat toen triomfeerde, is op de spil na niet meer het Mooneye van nu. Is de zanger de band? Doe eens een gok?
Het maakt ook niet gek veel uit. Een groep, een soloproject, what’s in a name? Neem James Walsh weg uit Starsailor en je houdt ook een klasje non-items over. Dek Fran Healy af op een groepsfoto van Travis, en je herkent ook niemand. En laat ons bij opener “Big Enough” nu toevallig vooral aan die twee bands denken: dit is poprock uit het jaar 2001, van het soort dat met twee woorden spreekt. We zeggen meer: dit is verdomd straffe poprock uit het jaar 2001, en dat we toevallig twintig jaar en twintig kilo later zijn is gewoon maar dat.
In de tien songs van dit “Big Enough” laat Libberecht horen dat hij een meester van de melodie is en een ‘simpele song’ kan schrijven die blijft hangen. De titeltrack wordt meteen voor de leeuwen gegooid, en dat is precies wat deze plaat nodig had om binnen te komen: opgloeiend gitaartje, een engelenstem die heldere woorden zingt, een nog warmer gitaartje om het refrein aan te kondigen, en dan dat refrein zelf dat de armen breed open smijt en ‘welkom’ zegt.
Het is pop die ook altijd speelt met één oor richting de grote voorbeelden gespitst. Dat hoor je aan de mooie americana-gloed van “Don’t Ask Where I’ll Be”, waarin we ook het vermoeden krijgen dat Libberecht een ietwat moeilijk liefdesleven achter de rug heeft. Dà t, of hij is gewoon een beetje een dramaqueen. In elk geval heeft “If We Hadn’t Met” stiekem iets nijdigs dat deze soms wat brave muziek kon gebruiken.
Goeie folkrock mag ook altijd in de woonkamer van Libberecht, zo blijkt uit “Not The One” en die zwierige topsingle “Bright Lights”. En die outro van “Are You Lonely Too”, hebben we die niet al eens gehoord in de mandoline van “Losing My Religion”? Vertel het R.E.M. niet. Twee keer valt echter ook op hoe de West-Vlaming niet de meest creatieve tekstschrijver is. Afsluiter “My Routine” is zelfs helemaal ongeïnspireerde rijmelarij.
Het is goed, maar het klinkt allemaal wat fletser dan de geweldige live-versies die we kort voor de zomer hoorden. Een kaal begonnen “Fix The Heater” mag mooi openbarsten dankzij het straffe gitaarwerk van Jesse Maes (Hypochristmutreefuzz, Sophia), “When The Lights Turn Orange” geeft diezelfde Maes een fijne twang mee. In “If We Hadn’t Met” mag de hele band eindelijk eens scheuren. Doen ze goed.
Het is 2021. Mooneye zou een anachronisme moeten zijn. Een verre herinnering aan die jaren tussen Ok Computer en Is This It? Mooneye doet iets beters. Het herinnert ons er aan waarom er altijd zo’n moment komt waarop dit soort muziek opnieuw triomfeert. Mooie liedjes mogen dan immers niet lang duren, ze leven wel langer.