Dour 2017 :: Elementaire fysica

Dour blijft wellicht het meest gevarieerde festival in onze contreien, met nog enkele onvervalste nichepodia, en de grootste concentratie reggaegerelateerde verschijnselen buiten Geel rond begin augustus. Maar jaar op jaar pakt ’s lands op drie na grootste zomerfestival ook uit met een oersterke affiche vol oud bekend en jong onbekend lekkers. Onachtzaam voor eigen lijf en leden als het om muziek gaat, is enola ook gaan proeven. Aan tafel!

Eerste punt op de agenda: we bevestigen graag even onze whereabouts door de prijs van een pint op de wei te checken. 4 bonnetjes voor 11 euro en 1 pint per — even de rekenmachine bovenhalen — maakt 2,75 euro per pint. Zo, zeg nu niet dat we er niet bij waren.

Maar goed, waarvoor we kwamen dus. It It Anita krijgt de taak om de dag af te trappen, en kwaad dat die daarom zijn. De Luikenaars kiezen voluit voor de aanval en hebben daar al snel enkele verdwaalde zombies — Dour eist reeds zijn tol — mee omvergeblazen. Meer dan pakweg een vijfde van het podium in La Caverne hebben ze daar niet eens voor nodig, ingekapseld in hun versterkers. Da’s gewoon elementaire fysica: forceer zo veel mogelijk energie op zo een compacte plaats, en daar komt heibel van. Vraag maar aan de zon! De paar vierkante meter die de band vasthoudt wordt te klein, de druk te groot, en de finale eindigt bijna onvermijdelijk in het publiek. Dat kan er wel van smullen. Wij ook.

De toon is gezet: benieuwd wie beter doet. Twin Peaks, misschien? ’t Is geen kwaaie band, met enkele anthems waarop het goed is pinten te hijsen en te high fiven. Live komen de dudes er helaas niet echt uit. We willen het woord ‘saai’ niet gebruiken, maar halen wel het eufemisme ‘statisch’ van stal. Spelen na de pletwals van It It Anita blijkt geen geschenk voor de laid-back pretrock van de Chicagoans. Bij wijze van witty banter declameert de zanger-gitarist enkele keren “je ne sais pas!”. Wij zijn er ook nog niet uit. Probeer eens een zaaloptreden, jongens.

Wie niet wil wachten tot Twin Peaks het weet, kan aankloppen bij Uman op The Last Arena, of Wuman in La Petite Maison Dans La Prairie. Die zonder W is een Brussels rapmens, die mét een Doorniks kwartet dat tropische electropopportretten met gitaar en synths maakt. Geen van beide is absoluut onontbeerlijk. Wel benieuwd hoeveel mensen voor het verkeerde podium parkeren!

Over naar Le Labo, waar het thema van de dag voor de prettig gestoorde garagerockers van Mountain Bike “hair metal” is. Jeansbroeken gekortwiekt tot uncool ver voorbij de knieën, zwarte T-shirts die niets zeggen en langharige pruiken: lekker silly. De bassist is langharig uit eigen beweging — zijn zaak — en draagt dus maar een helm. Het mag voor Mountain Bike dus al eens iets anders zijn dan de onderbroeken of te kleine sportshorts waarin ze vroeger optraden. De set van de Brusselaars is strak als de poep van een non, maar herbergt dus veel meer geinigheid. Nog een geluk.

Dour is ook een festival van harde keuzes, waar de Engelsen het woord clashes voor hebben: door Mountain Bike konden wij niet optimaal genieten van de vuiligheid van the Moonlandingz. En wie vindt dat vuiligheid niet om van te genieten is, heeft nog nooit festivalkost geprobeerd. Wat we nog horen van the Moonlandingz gaat net zo vlot binnen als de geïmproviseerde pizza (een half langs de lengte gesneden stokbrood gegarneerd met wat tomatensaus en kaas) die we eerder op de dag voorgeschoteld kregen: tegelijkertijd zorgend voor een lichte misselijkheid en een nodige opkikker. Zo gaat dat.

Alex Cameron moet toegeven dat hij nog nooit eerder in zo’n tent “big as an airplane hangar you could park a jumbo jet in” mocht optreden. Kenmerkend voor het losertype dat hij live opvoert, dat. Zoals hij speels kronkelt heeft hij soms iets van een slome Iggy Pop met kleren aan. Cameron heeft een saxofonist in dienst die er soms wat voor spek en bonen bij zit — stoel en al — maar puik werk levert om Camerons croonersfeer een duurder, charmanter elan te geven waar nodig. Dit is de licht verteerbare verademing op een drukke dag, maar ook niet zo memorabel, uiteindelijk.

All Them Witches dient op uit een ketel waarin donderende seventies rock ligt te sudderen in bier en wiet. Stonervoer, dus, maar geserveerd door bekwame sterrenchefs. Wij horen de ontbrekende schakel tussen Led Zeppelin en Queens Of The Stone Age, en wisten niet eens dat daar nood aan was. Heel fysiek optreden, ook: de verpulverende bassen zijn tot een flink stuk in het publiek voelbaar, en de verschroeiende solo’s maken horendol. Zoals dat een band genaamd All Them Witches betaamt, quoi.

Dat ze voor ons part een betere stek als sub-headliner verdienen dan een uurtje marquee ergens relatief vroeg op de avond, Blonde Redhead. De New Yorkse indieband is al sinds de vroege jaren negentig een referentiepunt en vertoont ook live geen tekenen van sleet. Frontvrouw Kazu Makino zou naar verluidt aan plankenkoorts lijden, maar dat is er niet aan te zien of te horen. Samen met tweelingsbroers Simone en Amadeo Pace — identiek getooid in wit hemd en grijze krullenbol, vraag ons dus niet wie wie is — toont Makino wel wat 30 jaar ervaring betekent. De zachte melancholie die doorsijpelt in de set biedt tegengewicht aan de, ja, overdaad aan jong geweld. Beetje klinische opvoering misschien, dat wel.

Wie vraagt naar wat wij de beste bandnaam in jaren vinden, antwoorden wij steevast met Robbing Millions. De Brusselse jongelui schuwen geen psychedelisch experiment, en hebben nu ook geen ander doel voor ogen dan iedereen in Le Labo in hogere sferen brengen. En ja, de aanwezigen volgen gedwee alle mogelijke bochten die de band hen vakkundig inloodst. Dat zijn er nogal wat, met verkeerde benen alom qua tempo. Razend spannend, maar ook vermoeiend, en het echte dansfeest moet nog beginnen. Er bestaan wel middeltjes tegen die vermoeidheid, hebben wij van horen zeggen.

Als Balthazar het voorspel is, dan is Warhaus wat daarop volgt. Maarten Devolderes zijstap is stukken heftiger dan op plaat, pompender en hitsiger, maar altijd even classy. De chemie tussen Devoldere (in lange zwarte frak, die moet afzien in de hitte van Le Labo) en Sylvie Kreusch is niet alleen van een zeldzame échte echtheid, maar bijna even stijlvol als pervers. Als ze naar elkaar toe vloeien, denken wij onwillekeurig: die gaan vergeten dat ze on stage zijn en de daad live bij het woord voeren. En elke keer als Kreusch langs haar, euh, kruis gaat in haar eigen wulpse choreografie, dan moeten wij even slikken. Kunnen we afspreken dat er tussen suggestief en expliciet voortaan Warhaus ligt? Bedankt voor uw medewerking!


Zaterdag 15 juli

De zaterdagaffiche van Dour was op papier sterk, heel sterk zelfs, en vooral voor de liefhebbers van het zwaardere genre. Het werd dan ook een festivaldag met alleen maar hoogtepunten. En daarvoor hadden we zelfs een Phoenix of De La Soul niet nodig.

Eerst even kaderen. (lh) heeft het wel voor de gitaargerichte genres, maar ook andere, pakweg meer elektro-gerichte genres worden fel gesmaakt. Maar wie zich verwacht aan een verslag met de dj’s in de Red Bull Elektropedia Balzaal, is er aan voor de moeite. Dour is namelijk véél méér dan een mini-Tomorrowland. In het tijdsschema aangekruist: bijna alle bands in La Caverne, een resem eigenzinnige namen in Le Labo en La Petite Maison Dans La Prairie. Ready? Set? Go!

De vroege vogels krijgen meteen een uppercut van het Brusselse Mont-Doré. Dit is voer voor fans van de vroege Deafheaven, Envy en atypische screamo; eigenlijk voor iedereen die een kolkende mix van chaos en melodie wel kan verteren. Bij Mont-Doré krijg je er niet alleen een wall of sound bij, maar ook nog eens een gigantische bom energie. Vooral zanger Paul Marique gaat wel heel heftig te keer op het podium. Deze verschroeiende band valt dus niet in een hokje te stoppen. We horen math/posthardcore, emotionele uitbarstingen en opbouwende melodieën die eigen zijn aan het postrockgenre. En zo bezorgt de band ons al een zeer vroeg kippenvelmoment. De perfecte opener voor het heavy programma op La Caverne met andere woorden.

Deze razende Gentenaars hebben de hele wereld rondgetoerd met de nieuwe nummers van Rheia en zetten hun veroveringstocht deze zomer gewoon voort (van Roskilde tot Boomtown volgende vrijdag): we hebben het over Oathbreaker. De reden voor hun succes? Ze spelen hoogst intense, originele black metal en hebben intussen een geweldige livereputatie opgebouwd. Vijftig minuten lang worden we omver geblazen door razernij van wereldniveau. Dat de extreme metal van Oathbreaker ook gesmaakt wordt door mensen die niet echt naar metal luisteren, is dus geen verrassing. Dit is de tweede band van de dag, en het is de tweede keer er he-le-maal boenk op. Gitaristen Levy Seynaeve en Lennart Bossu zien we trouwens vannacht nog terug met Amenra.

Wat een dag, eigenlijk. Op welk ander Belgisch festival kan je tussen de betere, atypische metal, hippere indie en hiphop — noem maar op — een artiest zien die de accordeon weer cool maakt? Een accordeonist op Dour? Jazeker! Het is een muziekinstrument dat je niet meteen zou associëren met hedendaagse muziek, maar Mario Batkovic maakt die stelling volledig irrelevant. Hij staat perfect geprogrammeerd in Le Labo; overigens blijft dat een geniale naam voor een podium waar je ontdekkingen kan doen. We zagen bij Batkovic al vergelijkingen met Nils Frahm en Yann Tiersen passeren en die zijn niet toevallig: Batkovic maakt sfeervolle muzikale landschappen waarin het heerlijk wegdromen is. Batkovic speelt alweer virtuoos, meeslepend en zijn composities zijn stuk voor stuk supermooi. Wat een unieke artiest.

Volgende overrompeling: het Leuvense powertrio Brutus. Over een unieke sound gesproken: net als bij Oathbreaker, gebruikt drumster Stefanie Mannaerts haar stem als een soort melodisch instrument. Ze vormt ook het tegengewicht voor de donderende drums en heavy gitaren die bij Brutus soms richting shoegaze en postrock durven gaan. Dat allemaal maakt een metalband als Brutus vrij toegankelijk. Met “All Along” krijgt de band het publiek helemaal mee, afsluiten doen ze naar alle traditie met “Horde”. Wat blijft dat een schitterend nummer. En, o ja, na het optreden klinkt “Eviva España” uit de boxen, geschreven door de opa van de drumster, en wordt het uiteraard massaal meegezongen. Ook dit is Dour.

Met Acid Arab begint het Dour-publiek al warm te draaien voor die altijd opgefokte avond- en nachtsfeer. Ja, wat wil je, met oosterse acid house? Een weergaloos dansfeest wordt het in La Petite Maison, dat niet meer zo klein en intiem is als vroeger.

Bij Kevin Morby, een van onze favoriete troubadours van het moment, gaat het er gemoedelijker aan toe. Of toch bij de start van zijn set, met enkele nummers van zijn nieuwste, puike plaat City Music. “1234”, een ode aan Ramones, doet echter de vlam in de pan slaan. Met rock-‘n-roll, garage en folkrock én een goed geoliede liveband doet hij nadien de tent swingen. “Harlem River” is een van de hoogtepunten van een hoogstaande set. In het najaar staat ie weer op een resem podia in Europa, deze geniale zwerver. Ga hem zien!

Ondertussen is de avond helemaal gevallen. De feestende massa begint zich zienderogen uit te breiden, maar er is nog meer boeiends te beleven alvorens de dj’s de vierde euforische nacht inzetten. In een (onterecht) halfleeg La Caverne mag Alcest, de band rond Stéphane ‘Neige’ Paut, het publiek betoveren met bloedmooie muziek die heerlijk schippert tussen black metal en shoegaze. Het afsluitende nummer “Délivrance” neemt zelfs epische proporties aan; het is alsof Sigur Rós even op Dour is. Wie het hardere genre graag hapklaar en melancholisch heeft: schaf eens een plaat van Alcest aan. Na Gojira weer een Franse topband in het metalgenre die we nog verder zien groeien in populariteit.

Ook bij Timbre Timbre, een Canadese eigenzinnige groep die met Sincerely, Future Pollution een van de platen van het jaar heeft gemaakt, lijkt melancholie de rode draad, maar het gezelschap rond Taylor Kirk doet het met jazz, triphop-achtige ritmes, Nick Cave-invloeden, funk en blues. Nog zo’n band dus met een donkere, diepe sound én die muzikaal moeilijk in één hokje te steken is. Net als bij Morby zijn we getuige van een halfvolle Labo-tent, maar het aanwezige publiek eet wel uit zijn hand, ook al was het geen makkelijke festivalmuziek. Schitterend, toch?

Wie anders dan Amenra kan het zwaarste podium van de dag vakkundig afsluiten? Het is al de zesde passage van Belgiës meest toonaangevende metalband. De vorige passage dateert uit 2013, en wat was dat een zinderende live-ervaring! En ook ditmaal zet het Gentse collectief een even bloedstollende als indrukwekkende performance neer. Zelfs in omstandigheden die niet helemaal meezaten: er zijn wat technische problemen en twee bovenvermelde leden moeten na een show op Rock Herk met Oathbreaker nog terugkeren naar Dour. Van een festivalmarathon gesproken. De show wordt noodgedwongen tien minuten ingekort. Maar maakt niet uit: een optreden van Amenra blijft een zwart gat waarin we maar al te graag worden meegezogen.

Naar hoogtepunten zoeken is eigenlijk onbegonnen werk, maar als we er dan echt moeten melden: “The Pain It Is Shapeless” en “Am Kreuz”. Beide nummers zijn afkomstig van Mass III. Die plaat verscheen in 2005; het jaar dat de band voor de eerste keer op Dour stond. En zo is de cirkel rond.

Een nietsontziende kracht van snijdende gitaren, oerschreeuwen en donderende drums zorgt voor headbangende hoofden in het publiek, en dat niet alleen bij metalliefhebbers. Een indrukwekkend zicht. Genre-opdelingen lijken niet van tel, trance lijkt de rode draad. Dit is nog maar eens het bewijs dat Amenra alle soorten muziekliefhebbers kan samenbrengen. Volgende stap: vanaf het najaar (en hopelijk ook volgend jaar) België en bij uitbreiding de hele wereld platspelen met Mass VI, die langverwachte nieuwe plaat.

Alleen al een bezoekje op zaterdag bewijst dat Dour voor liefhebbers van alternatieve muziek serieus de moeite blijft, en dus niet alleen het nachtprogramma moet uitgebouwd worden. En dat de programmatoren zeker niet de nichegenres uit het oog mogen verliezen — niet dat we daar geen vertrouwen in hebben. Hopelijk blijft ook in de toekomst ‘voor elk wat wils’ het motto.

http://www.dourfestival.be
Beeld:
Peter Duyts

aanraders

verwant

Het beste van Dour volgens enola

Dit weekend, zoals elk jaar rond deze tijd, zou...

DOUR 2018 :: De pin uit de handgranaat

Dour wordt dertig, Dour ondergaat een make-over. Op een...

Dour 2016 :: Rock Music, en hoe er opnieuw verliefd op te worden

Hoezo geen enola op Dour? Natuurlijk wel, we stonden...

DOUR, het Parcours :: Obscuur, onbemind, onmisbaar

Zelfs Dour heeft altijd wel een paar grote namen....

DOUR 2015 :: De nasmaak van een brandblusapparaat

Vandaag is bloedheet. Vandaag is Dour. Uw reporters strijken...

recent

Ilja Leonard Pfeijffer :: Alkibiades

Bekroond, gelauwerd, alom gelezen en geprezen: zonder overdrijven mogen...

¥$ :: Vultures 1

Doorheen zijn hele carrière zijn twee elementen altijd dominant...

Talk Show

27 maart 2024Botanique, Brussel

Eind jaren tachtig sloegen alle rockers plots aan het...

Arthur The King

Uitgerekend in de week dat Joe Camp – de...

Hors-saison

Met zijn sociaal bewogen films past Stéphane Brizé binnen...

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Schrijf uw reactie
Vul hier uw naam in