In het universum van Matthias Giesen staat wetenschap gelijk met humor. Ook in zijn nieuwste bundel blijft hij het grappige zien in enkele van ’s mens meest ernstige bezigheden. Voor de liefhebbers van het betere gortdroge cartoonwerk.
Met het werk van Glen Baxter en Gary Larson zijn de liefhebbers van absurde humor al langer vertrouwd. Net vanuit die Angelsaksische traditie van absurdisme lijkt het werk van de Nederlander Matthias Giesen sterk geïnspireerd. De ernst van zijn personages contrasteert met de dwaze en onveranderlijk nonsensicale teksten die Giesen bij zijn tekeningen plaatst. Net uit dat contrast groeit de humor van zijn tekeningen. Waar bij vele andere cartoonisten in ons taalgebied het absurde hand in hand gaat met een drang om te provoceren met hardere grappen, ontbreekt die provocatiedrang helemaal bij Giesen. Misschien is het net om die reden dat zijn werk, ondanks verschillende bundels in de afgelopen jaren nog niet eerder een groot publiek wist te bereiken.
Nochtans verschijnt de cartoons van Matthias Giesen frequent in tal van Nederlandse bladen, zoals HP / De Tijd of Filosofie Magazine. Tegenwoordig staat of valt de populariteit van een cartoonist ook met diens aanwezigheid in de sociale media. Cartoons worden gretig gedeeld en becommentarieerd. Het werk van Giesen ontbreekt daar nog, wat toch maakt dat hij potentieel publiek misloopt. Daarom maakt een boek als Het Uitje van de Muggenziftersclub weerom duidelijk waarom dit toch wel jammer is. De meest uiteenlopende thema’s en gedachtenkronkels maken zijn grappen stuk voor stuk de moeite. Er zitten er slechts enkele tussen die bij een laatste selectie toch beter nog het onderspit gedolven hadden.
Grafisch blijft het werk van Matthias Giesen duidelijk verwant aan dat van Gary Larson. Giesen maakt echter het verschil met zijn sfeervolle inkleuring. Hij produceert kleine schilderijtjes die zeker niet te lijden hebben onder het euvel van veel cartoons: tijdsdruk. Het statige van deze cartoons vormt zelfs een onlosmakelijk deel van het komische karakter van het werk van Matthias Giesen. Zijn werk verdient alleszins de mooie vormgeving van boeken als Het Uitje van de Muggenziftersclub. Op internet circuleert bovendien een blog met een selectie van zijn cartoons die naar het Engels vertaald werden. In die versie valt het eens zo hard op hoe Brits de humor van Matthias Giesen eigenlijk wel is.
Na de bundels Gordijnen voor Beginners (1998) en De Zwaartekrachtjaren (2004) bevat Het Uitje van de Muggenziftersclub weinig bijkomende redenen om zijn cartoons leuk te vinden. Wie al eerder overtuigd was, zal dat zeker blijven. Waar het Giesen vooral aan lijkt te ontbreken, is wat stevige naamsbekendheid. Net aan die bekendheid willen we met deze recensie dus een bescheiden bijdrage leveren.