- Dans Dans :: I/II Het is echt niet omdat we dit jaar plots de beste voetbalploeg ter wereld meenden te hebben of met een Nobelprijswinnaar konden uitpakken dat we nu ook alle muziek van eigen bodem schaamteloos de hemel in prijzen. Nee, alle bombastisch gemarketeerde hypes ten spijt was I/II van Dans Dans gewoon de meest indrukwekkende brok muziek die we in 2013 hoorden. Garagejazz die even sensueel als furieus klinkt, even puur als complex. En dan zwijgen we nog over hoeveel straffer het live klinkt.
- James Blake :: Overgrown De moeilijke tweede van James Blake slaagde erin om de lat te toucheren die zijn debuut twee jaar eerder behoorlijk hoog had gelegd. Het verrassingseffect van de postdubstep wonderboy was wat weg, maar door op Overgrown de spleten te vullen met flarden soul, r&b en hiphop bewijst Blake dat hij niet van plan is om gewoon bij zijn succesformule te blijven.
- Matthew E. White :: Big Inner De langharige teddybeer Matthew E. White gooit americana, soul en country bij elkaar tot een heerlijk heen en weer wiegend geheel. Hij fluistert meer dan dat hij voluit zingt, en hij is zo blank als zijn achternaam doet vermoeden, maar toch schuilt in elk van de zeven nummers op Big Inner een pure gospelsong. Fluwelen feel good soul, geef toe: daar hebben we in 2013 niet veel van gehad.
- Mark Kozelek & Jimmy LaValle :: Perils From The Sea Of ze er “yolo!” bij riepen toen ze besloten de handen in elkaar te slaan, weten we wellicht nooit zeker, maar vanzelfsprekend kun je de samenwerking tussen Mark Kozelek en Jimmy LaValle alleszins niet noemen. En toch kwamen de mannen achter respectievelijk Sun Kil Moon en The Album Leaf er prima mee weg. Meer zelfs: de subtiel glinsterende beats van LaValle en de korrelige stem van Kozelek houden elkaar perfect in balans, met een prachtalbum als resultaat.
- Valerie June :: Pushin’ Against A Stone Uit Memphis, Tennessee komt het brave kind; dat ze in haar leven al wat blues, gospel, bluegrass en soul heeft gehoord, is dus een even grote verrassing als Metallica op de affiche van Rock Werchter. Die elementen gooit Valerie June dan ook op een mooie hoop op haar debuutalbum, dat van Dan Auerbach nog een injectie broeierige rock-‘n-roll meekreeg.
- Atoms For Peace :: AMOK Nog zo’n ambitieus samenwerkingsproject, alleen kregen Yorke en co meteen de titel supergroep op de vest gespeld en was de druk om een meesterwerk af te leveren dus behoorlijk gigantisch. Een meesterwerk is het vooralsnog niet geworden, maar met elke luisterbeurt geeft AMOK wel meer en meer van zijn klasse prijs, als een wonderlijk doolhof waar je langzaam boven uitstijgt.
- Volcano Choir :: Repave De eenzaat die zonder zijn Emma maar mét zijn akoestische gitaar de bergen introk, dat is Justin Vernon al lang niet meer. Een grote doorbraak en een dozijn zijprojecten later ziet Vernon het heel wat grootser, dat steekt hij ook op de tweede van zijn band on the side niet onder stoelen of banken. De eighties drums, de epische teksten en de algehele bombast gaan verder waar Bon Iver met “Beth/Rest” eindigde (al gaat het nooit écht zo ver over the top), maar worden op de juiste momenten afgelost door intieme folksongs.
- Vampire Weekend :: Modern Vampires Of The City De mannen uit Brooklyn zijn groot geworden. De zonnebril mag even van de neus en het hoeft niet langer allemaal per se om te lachen en in het rond te springen zijn. Met Modern Vampires Of The City sluipt er melancholie in de songs van Vampire Weekend, zonder dat de geest van het debuut eruit verdwijnt. De herbronning van het jaar.
- Phosphorescent :: Muchacho De gebroken liefde heeft haar rol als inspiratiebron nog lang niet uitgespeeld, zeker niet als je ziet wat ze bij eeuwige treurwilg Phosphorescent naar boven haalt. Zijn typische, bitterzoete countrysongs krijgen verfrissende elektronicatoetsen en zelfs juichende blazers, maar de breekbare stem van Matthew Houck snijdt nog steeds even diep.
- Madensuyu :: Stabat Mater Onze favoriete herwerking van middeleeuwse poëzie van het jaar, een loodzware trip die niet langer hoeft te duren dan 34 minuten. Razend strakke noiserock die je naar adem doet happen en duizelend achterlaat, maar zoals de beste rollercoaster meteen vraagt om een herhaling.
Niet echt 2013, maar nu pas boven water gekomen of ontdekt: de soundtrack van Submarine door ene Alex Turner, de meer dan veertig jaar oude b-sides van Dylan op Another Self Portrait en de fenomenale songs van Sixto Rodriguez.
Slechtste songtekst van 2013: de computer die door Brian Molko op de Champs-Elysées wordt gesmeten.
Beste live-momenten van 2013: het kippenvel bij “Case Of You” (James Blake in de AB), de onverwoestbare euforie van “Take Me Out” (Franz Ferdinand op Pukkelpop), en het vuur van Madensuyu (ook al was het op een try-out in een Leuvens café).
Guilty pleasure van 2013: “Can’t Hold Us” van Macklemore & Ryan Lewis.
Meest overschatte plaat van 2013: Reflektor van Arcade Fire. Leuk plaatje, daar niet van.
Beste cover van 2013: “Ya Hey” van Vampire Weekend, uitgekleed door Phosphorescent.