Als er nu iemand was die we helemaal niet verwacht hadden in de verzameling ongein en boeiende concerten die Rock Werchter heet, dan was het Richard Hawley wel. Maar hij zal een demographic vertegenwoordigen die nog niet in de evenwichtige productenkorf genaamd Rock Werchter programmatie zat, of is dat te cynisch? Er zijn redenen genoeg om de man op elke affiche te willen en geen enkel concert te willen missen.
Hij bracht met Standing At The Sky’s Edge immers een meer dan behoorlijke zevende plaat uit en bevestigde zijn fenomenale liverepuatie voorbije herfst nog maar eens in de AB. Hij speelt bovendien slechts vijf concerten in het VK deze zomer, dus zijn verschijning op Rock Werchter is best exclusief.
Ook nu wisselt Hawley het wat meer uptempo en psychedelische materiaal uit zijn nieuwste af met de langzaam openbloeiende duistere songs waar hij bekend mee werd. Helaas geen “Soldier On”, maar wel prachtversies van “Before”, “Open Up Your Door” en uiteraard “Tonight The Streets Are Ours”. In een gebalde set als deze valt bovendien pas op hoe naadloos het nieuwe werk bij het oude past (ook al klinkt Truelove’s Gutter in onze living zeer verschillend van Standing At The Sky’s Edge).
Toch is het vreemd om de Barn afwisselend stil en uitzinnig te zien worden voor ’s mans tijdloze muziek, gedragen door zijn diepe bas. Deze muziek werkt natuurlijk nog net iets beter in een zaal of liefst zelfs een donkere kroeg dan op een festival vol feestende pubers en tussen Major Lazer en C2C in. Al laten Hawley en band zich allerminst imponeren door de omgeving. De man is dan ook een professional, mét gevoel voor humor. Als “Storm” de verkeerde kant dreigt uit te gaan, legt hij het zaakje stil omdat zijn moeder zou gebeld hebben. Om vervolgens aan te vullen met “Nah, we just fucked up, guys. That’s life, sorry about that” en revanche te nemen met een uitgesponnen versie vol verschroeiende solo’s. Er is dankbaarheid voor de opkomst en aandacht en Hawley meldt terloops dat dit zijn tweede maal op Werchter is. In ’98 stond hij er al met Pulp, waarop hij het bloedmooie “Open Up Your Door” opdraagt aan wie daarbij was. Dank Richard, dank. Hopelijk tot snel.