Het leven is hard. Zoiets moet meneer Graspop in het achterhoofd gehad hebben toen hij, breed grijnzend en meteen daarna diabolisch lachend naar het openstaande raam en de gitzwarte gotische nacht daarachter, zijn festival middenin de blok besloot te leggen.
Als we dan toch niet voor het metal-walhalla voorbestemd zijn, doen we het maar met the next best thing, zo dachten wij, en we pleurden enkele klassiekers in de cd-speler terwijl we gefrustreerd toch nog een bladzijde of veertig erin probeerden te rammen.
Sodom ontbrak op het appèl.
De Duitse thrash metal-oudjes van Sodom hebben een nieuw album uit. Aan al te grote stijlveranderingen heeft deze band altijd lak gehad, en dus brengen ze ook nu weer het vertrouwde geluid: compromisloos en bot gehak dat vaak aan grote broers Kreator en Slayer doet denken en er eenzelfde knipperlichtrelatie met death metal-invloeden op nahoudt. Er zijn echter redenen waarom het die laatste grote broer was die zijn naamdag op zes juni jongstleden vierde, en niet Sodom.
Frontman Tom Angelripper en zijn twee kompanen handelen immers in archetypische thrash metal. Té archetypische thrash metal. De band weet, als één van de stichters van het genre, duidelijk van wanten, maar vervalt al te vaak in voorspelbaar formulewerk. Terwijl dat bij oerdegelijke nummers als "Bibles And Guns", "Lords Of Depravity" en het furieuze "Wanted Dead" nog met de mantel der liefde kan worden toegedekt, gaan onze nekhaartjes steil overeind staan bij nummers als "Nothing To Regret", dat naar hartelust platgetreden brugjes recycleert. Sodom ruilt daarenboven de schaarse inventieve riffs te vaak en te gauw in voor een weinig begeesterd midtempo-gedram, waardoor de vaart uit het album raakt. Dat er na een vijftal luisterbeurten slechts één haakje is blijven zitten (het tweede introloopje van "Blood On Your Lips"), spreekt dan ook boekdelen.
"No Captures" is dan weer het soort nummer waar men ooit de term "vullertje" voor bedacht en dat voorbij dendert als een overladen goederentrein: het maakt evenveel lawaai, maar vergeten ben je het toch maar weer meteen. Natuurlijk geeft ook deze metalband een steekje naar onze goeie vriend, de Amerikaanse president, in "Axis of Evil". Echt verrassen doet Sodom maar één keer: met "Buried In The Justice Ground" entert een vleugje klassieke heavy metal het droge gedram.
Dat Sodom na al die jaren nog eens aan het jonge volkje toont hoe thrash in de vroege jaren tachtig klonk, daar hebben we respect voor. Jammer genoeg wordt dit motief hier maar al te vaak uitgerokken tot een alibi voor het op een hoopje gooien van een paar akkoorden. Er is ongetwijfeld wel een publiek voor, maar ons pakken ze er jammer genoeg niet mee in. Resultaat is een bleek hoopje thrash dat weliswaar best rauw klinkt, maar ons vooralsnog koud laat.
Ofwel zijn we gewoon te jong. Dat kan ook.