Je kan er je klok bijna op gelijk zetten: ergens in de eerste maanden van het jaar ligt steevast een nieuwe Hermann in de winkel. En net zo stipt als hij zijn werk aflevert, zo secuur is Hermann in het produceren van kwaliteit. Kort gezegd valt op het nieuwe Old Pa Anderson dan ook weinig of niets aan te merken.
Het is weinigen gegeven om, de 75 voorbij, met werk te komen aanzetten dat zich kan meten met wat je tijdens je creatieve piek afgeleverd hebt. Meer zelfs, in het geval van Hermann zal over enkele decennia mogelijk vastgesteld worden dat zijn ware piek zich in de latere jaren van zijn carrière bevond. Aan een verbazend hoog tempo blijft de in Malmedy geboren tekenaar albums maken die stuk voor stuk een streling voor het oog en een feest om te lezen zijn.
Dat laatste valt geregeld, en ook in dit geval, op het conto van zoon Yves H te schrijven. Sinds de samenwerking tussen de twee generaties Huppen goed twintig jaar geleden een aanvang nam, zijn beide creatievelingen elkaar steeds beter gaan aanvoelen, resulterend in stripverhalen die zowel indrukwekkend als simpelweg onderhoudend zijn.
Voor Old Pa Anderson worden de Verenigde Staten van begin jaren vijftig opgezocht, een setting die niet nieuw is voor de Huppens, maar waar, in het Diepe Zuiden en met de rassenkwestie die de gemoederen beroert, een nieuwe invalshoek gevonden wordt.
Het verhaal draait rond grootvader Anderson, een zwarte man uit Mississippi die, acht jaar na het verdwijnen van zijn kleindochter op wraak zint. Na het overlijden van zijn echtgenote valt door Anderson immers geen enkele reden meer te bedenken om zich koest te houden, iets dat op dat ogenblik absoluut verwacht wordt van zwarte inwoners van deze uithoek van de VS. Geweld tegen zwarten, niet zelden eindigend met een lynchpartij, is er zowat aan de orde van de dag. Sommige inwoners kunnen nog niet verkroppen dat die dekselse Lincoln de slavernij naar de prullenmand verwezen heeft. Weten zij veel dat Rosa Parks enkele jaren later hun wereld definitief zal veranderen.
Hoewel. De parallellen met de hedendaagse situatie in de VS liggen voor het oprapen. Een halve eeuw nadat de civil rights movement het raciale onderscheid probeerde uit te vlakken, zijn verhalen zoals dat van grootvader Anderson ook vandaag in dat steenrijke derdewereldland niet uitgesloten.
In dit album is een zeker pessimisme dus opnieuw aanwezig, een bijna constante in het werk van Hermann, wiens mensbeeld zich als niet al te rooskleurig laat samenvatten.
De schoonheid die hij echter doorheen al die lelijkheid weet te weven, maakt van Hermann paradoxaal genoeg een bron van hoop. Jep, het gaat niet goed, maar kijk eens wat een pracht daar uit te puren valt? En zo is weer een kleine stap gezet om de lelijkheid uit te bannen. Met wat geluk raken we op die manier de komende jaren nog ergens.