Bronks :: Sommige dingen (vallen in het water)

Bij Bronks wordt een verjaardag gevierd, maar niet met taart en kaarsjes. Precies een jaar geleden overleed journalist Roel Verniers. Zijn achtergebleven vrouw en kinderen verwerken dit verlies in een rakende voorstelling, waarin zowel plaats is voor verdriet als voor sprankelende levensvreugde.

Het sterven van Roel Verniers werd nooit onder stoelen of banken gestoken. In zijn columns voor De Morgen deelde hij zijn pijn genadeloos eerlijk met de wereld en er verscheen zelfs een bijzonder harde fotoreportage van zijn laatste bezoek aan een sauna, waarin zijn verteerde lichaam tegelijk iets afstotelijks en iets wondermoois had. Die openheid over zijn aftakeling en vooral de weigering om naar Westerse normen in stilte in een ziekenhuiskamertje te vergaan, typeert Verniers. We tonen het leven, dan tonen we ook de dood. Bij Bronks wordt dat principe omgekeerd: we tonen de dood, dan tonen we ook het leven.

Clara van den Broek verwerkte het verlies van haar man in een verhaal dat samen met zijn columns werd uitgegeven in het boek Sommige dingen (vallen in het water). In dat verhaal valt een gezin van vier zilvermieren ten prooi aan een immense zondvloed. Wanneer de regen wegtrekt, zijn ze nog maar met drie. Het taaie verwerkingsproces dat na de dood van Verniers volgde, werd zo herwerkt tot een hoopvolle, troostende fabel. Breng dat op scène, zet daar een jazzkwartet bij en je krijgt een pracht van een vertelling. Maar van den Broek en haar kinderen maakten een andere keuze.

In plaats van het verhaal van de zilvermieren te vertellen, kozen ze ervoor om hun eigen verhaal over hun verwerkingsproces op scène te brengen. Onverbloemd. Daarin eist verdriet natuurlijk zijn plaats op. Zo zien we een apatische van den Broek die nog weinig zin heeft in het leven en in theater, of kleine Wolf die met zijn cello al de grote mensen die afscheid nemen van zijn vader achterna hinkt. Maar meer nog dan verdriet spreekt uit deze voorstelling een ongelofelijke levensvreugde. Want het leven overwint de dood. Het trio Verniers zingt en danst, verkleedt zich, speelt toneel. Vader mier is er misschien niet meer, maar het plezier dat ze met hem deelden, leeft voort. Er was een zondvloed, maar die is nu voorbij.

Af en toe schemert de fabel van de zilvermieren door, maar het mag duidelijk zijn: dit is niet hun verhaal, maar dat van Clara, Wolf en Anaïs. Daarbij stelt van den Broek zich niet op als de theatermaakster die weet hoe je iets op scène zet, maar als de moeder die met haar kinderen hun gezamenlijke verhaal vertelt. Op hun manier. Want als je kinderen vraagt om toneel te maken, dan is dat nooit echt goed theater. Ze vergeten hun tekst, zingen vals, spatten inhoudelijk alle kanten op. Zo wil deze voorstelling ook geen goed van A tot Z verteld verhaal zijn. Dramaturgie, afwerking, ritme: het hoeft allemaal niet perfect te kloppen. Van den Broek en haar kinderen laten zien wat zij voelen, chaos inbegrepen. Sommige scènes zijn daardoor moeilijk te plaatsen of zelfs ronduit lelijk, maar er zijn evengoed momenten die je raken tot in je kleinste vezel.

Wolf en Anaïs die herinneringen ophalen aan hun vader: hoe hij tussen de regendruppels door danste om niet nat te worden, of hoe Wolf geplet werd door zijn boekentas. Het gezin, niet langer compleet, dat de voorstelling opent met de schlager “Niemand laat zijn eigen kind alleen”. Of de prachtige scène waarin alles tot een climax komt: Anaïs danst elegant op het foute “When The Rain Begins To Fall”, het magistrale jazzcombo van Harald Austbø en The Ambush Party piept en schraapt daarover zijn instrumenten en een ventilator blaast op volle toeren. Draaiend aan een hendel transformeert van den Broek het gigantische doek dat de scène bedekt tot een prachtige, verticale draaikolk. Een sublieme weergave van de emotionele chaos. Dat het mooie beeld daarna snel wordt afgebroken, doet een beetje pijn. Maar die pijn weegt niet op tegen die van de spelers.

Van een mooi afgelijnde vertelling is Sommige dingen (vallen in het water) verworden tot een gebroken verhaal op muziek. De tekst houdt de boel niet meer samen, dat doet het jazzorkest. Want wat er ook gebeurt, zij blijven spelen. Het leven gaat voort. Soms heersen verdriet en chaos, maar vaak is er plezier. Dat mogen we niet vergeten, wat er ook gebeurt.

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Schrijf uw reactie
Vul hier uw naam in