Tot dusver kende James Gunn een meer dan degelijke start met zijn grote DC-project. Nadat Zack Snyder de donkere toon van Nolan had geëxtremiseerd, begon ook DC eindelijk te beseffen dat de jaren nul en tien van deze eeuw achter ons liggen en dat die periode niet onmiddellijk de geschiedenisboeken zal ingaan als een hoogtepunt van goede smaak. Toegegeven, op vlak van literatuur, comics en tv-series was het geen slechte periode, maar films begonnen er allemaal donker uit te zien, deels om de kinderziektes van CGI te verhullen, en bepaalde filmmakers begonnen daardoor ook donkerdere verhalen te vertellen. Een paar jaar later volgde de trend ook in tv en comics. Tv-series werden almaar donkerder in beeld gebracht en de morele ambiguïteit die de beginjaren van ‘Peak TV’ kenmerkte, begon over te komen als een domme kopie van een doorslag van een kopie.
Gunn kan je daarentegen niet beschuldigen van een donkere kijk op hoop. Zijn Superman die afgelopen zomer de zalen bereikte was een verfrissende, comic-accurate hervertelling van deze klassieke superheld: licht, luchtig en hoopvol. Gunn zette zijn visie voort die hij eerder bij Marvel-films had proberen doordrukken: de mens is een raar en soms dom ding, maar de meeste mensen zijn goed en die moeten niet boeten voor de rottigheid van de paar percent klootzakken. Tegen de achtergrond van dit politieke en morele klimaat, waarin hoop futiel lijkt en de term ‘roaring twenties’ op z’n minst vreemd aanvoelt, is Gunn’s optimistische visie rustgevend en mooi om te zien.
Gunn houdt van verhalen met gebroken zielen die goedheid nastreven, maar keer op keer gekwetst worden door de meelopers van cynisme. Ze vinden elkaar, helen elkaar en worden een surrogaatfamilie, tot er eentje van de groep niet volledig in het reine durft komen met zichzelf, de rest brutaal wegduwt, maar dan bezwijkt voor de positieve peer pressure van zijn nieuwe familie. Dit is de verhaallijn van Guardians of the Galaxy en nu ook van Peacemaker. Pas nadat het hoofdpersonage zijn trauma durft aanvaarden, wordt hij een sterker en eindelijk ten volle goed persoon.
Het verschil met die Guardians-films is dat James Gunn nu een perfecte acteur hiervoor gevonden heeft. Want geef toe, die eerste film was leuk, maar Chris Pratt heeft het gewoonweg niet om een échte filmster te zijn. Gunn trouwens ook niet als filmregisseur. Hij komt het best tot zijn recht in kleine budgetfilms (Slither en Super) of op het kleine scherm. En de combinatie met John Cena is puur goud. Deze ex-worstelaar verdient volgend jaar een Emmy voor ‘Beste Acteur in een Comedyserie’.
Chris ‘Peacemaker’ Smith was een nevenpersonage uit The Suicide Squad en kreeg een eerste seizoen dat als buffer diende tussen het oude DCU en het nieuwe DCEU. Nu is er het tweede seizoen dat voortborduurt op enkele elementen uit de Superman-film (met enkele opvallende cameo’s), en tegelijk cruciale elementen klaar legt voor de volgende film rond ‘good old Red and Blue’ (Man of Tomorrow).
Peacemaker zet het momentum van het eerste seizoen voort en baant zich verder een weg in de zone ergens tussen een regulier superheldverhaal en satire à la The Boys. Net als die laatste serie schuwt Gunn het bloederige en gore niet, al heeft hij minder een penisfixatie dan Seth Rogen en zijn compagnons. Je zou bijna kunnen stellen dat Gunn in zijn orgiescène ongeveer evenveel blote piemels als vagina’s toont.
Een opvallend pluspunt voor Peacemaker is de soundtrack, een collectie rock in al zijn variaties. Denk aan de jaren tachtig en negentig, mannen met lange manen, haarbanden en nekmatten. Drums en gitaren die de primaire emoties van de zanger agressief ondersteunen. Lyrics die eigenlijk gênant zijn, maar toch kun je niet weerstaan ze uit volle borst mee te zingen omdat ze iets ongrijpbaar bevrijdend bevatten.
Maar de grootste troef is John Cena. Die man is een komisch rastalent en wordt hier omringd met een perfecte surrogaatfamilie, bestaande uit leden die allemaal een precies en verschillend aspect van zijn karakter weerspiegelen. Gunn is een clevere schrijver.
Peacemaker is te zien op HBO Max



