Gent Jazz: Sylvie Kreusch :: ”Volgend jaar opnieuw in Kiev”

Eindelijk! Eindelijk had Sylvie Kreusch met Montbray dat langverwachte debuut uit, en toen gleden we collectief de laatste lange lockdown in. Een half jaar later ziet de zangeres haar kans echter schoon, en met een flink gevulde festivalzomer neemt ze revanche op dat gemankeerde najaar. Eerstvolgende haltes: Cactus Festival en Gent Jazz. ‘Ik vind het bijna extreem hoe ik nu overal sta.’

Het is door een onlogische Gentse huisnummering dat ik met enige vertraging aanbel aan het flatgebouw waar Sylvie Kreusch resideert – zes keer voorbij gereden, mijnheer. Eenmaal geland op de twaalfde verdieping is de vrouw des huizes echter een al charme, en terwijl viervoeter Kratje enthousiast hijgend over het parket crosst, werpen wij de eerste vraag op tafel.

enola: Het heeft na je debuut-EP Bada Bing! Bada Boom! best wat tijd gekost voor je Montbray gemaakt kreeg, niet?

Sylvie Kreusch: “Eigenlijk had ik toen mijn eerste plaat al geschreven, maar door omstandigheden is die dan in twee EP’s uit elkaar gevallen. Dat kwam qua timing en werken met de producer beter uit. Daar was ik nadien blij mee, want ik ging beseffen dat ik echt nog wel aan het zoeken was. Ik had wel ongeveer een stijl gevonden, en een opstelling van instrumenten waar ik blij mee was, maar ik moest echt nog sterker worden qua songschrijven.”

enola: Wanneer wist je dat je je stijl had gevonden?

Kreusch: “Ik heb daar bij het schrijven van het album nog veel mee geworsteld – ik kon maar geen nummer afmaken. Ik had duizend ideeën, maar dat voelde ook alsof ik niets had. Want het wordt pas iets als het afgewerkt is en een structuur heeft. Het is pas toen ik daar eens over klaagde bij Eefje De Visser en haar vriend en producer Pieterjan Coppejans, en mijn demo’s liet horen, dat ze me overtuigd kregen dat alles wel aanwezig was. Ik had wel degelijk een volledige plaat, ik moest alles gewoon nog in elkaar steken.”

“Ik ben dan met de demo’s naar mijn gitarist Jasper Segers getrokken, om hem gewoon wat partijen te laten spelen waarmee ik aan de slag kon. Zelf speel ik geen gitaar, maar ik vind het heel inspirerend als ik uptempo nummers wil maken. Voor ik het wist waren we echt aan de nummers aan het puzzelen en was hij mee in het proces getrokken. Alsof hij de missing link was die kon vertalen wat ik in mijn hoofd had. Waar ik me wat verloren voelde, had hij een heldere kijk hoe alles in elkaar paste.”

enola: Was dat na het schrijven in het Normandische Montbray?

Kreusch: “Neen, dat volgde nadien. Eenmaal corona was uitgebroken en alles op slot ging, besloten we om naar daar te trekken. Jasper is wel een paar keer teruggereden, maar ik ben er de volledige drie maanden gebleven. Zeker die eerste lockdown heeft voor mij dus vooral iets positiefs gebracht, alsof ik die rust nodig had. Het moment dat alles stilviel, kon ik mij volledig op die plaat toeleggen. Ik had het geluk dat ik heel veel dingen kwijt moest; ik ging door veel emoties. Dan de tijd krijgen om die te verwerken, is een cadeau.”

enola: Veel artiesten kampten in de lockdowns met een gebrek aan inspiratie.

Kreusch: “Ja, maar dat is het punt: de meest emotionele dingen had ik al vooraf geschreven, in mijn eentje. Dat moet ook, enkel zo komt de aanzet van een nummer. Er is me al vaak gevraagd om samen te schrijven, maar dat gaat niet: ik moet dat alleen doen, want dat begin is zo privé dat ik me van alles en iedereen moet afsluiten. Pas wanneer het moet omgevormd worden tot een volledig album heb ik anderen nodig. Dan begint pas het harde werk.” (lachje)

enola: Montbray is ook een heel persoonlijke plaat, waarop je de breuk met Maarten Devoldere van Balthazar en Warhaus verwerkt. Kwam er een punt in het proces waarop je besefte dat er een buitenwereld was die dat allemaal zou horen, en dat je je toch wat ging inhouden?

Kreusch: “Ik heb bij het schrijven nooit gedacht aan een publiek, maar ik voelde soms wel gêne tegenover mijzelf, zoals wanneer je je eigen dagboek herleest en je tenen voelt krullen. Teksten zijn sowieso iets dat ik tot het laatste uitstel. Er zijn wel woorden en zinnen die uit de muziek ontstaan zijn, vanuit de melodielijn opkomen, puur op buikgevoel. Dat zijn dan heel eerlijk en oprechte stukken, maar ze vormen nog geen volwaardige tekst. Dat moet ik er vervolgens van maken, en dat is niet eenvoudig. Want aan de ene kant voel je die cringe, maar tegelijk wil je ook die eerlijkheid bewaren, hoe je je echt voelde. Je wil niet alles schrappen, en dus moet je opnieuw op zoek naar dat moment. Eerlijk blijven tegenover mezelf was daarin niet eenvoudig.”

enola: De plaat is nu al even uit. Voel je nog altijd die schaamte over bepaalde zinnen of nummers?

Kreusch: “Neen. Ik ben juist dankbaar voor al die emoties, want ik weet dat ik er sterker ben uitgekomen. En de reacties van luisteraars sterken me. Die geven me het gevoel dat ze zich er in herkennen, net omdat het in your face is. Ze vertellen me vaak dat het niet om één nummer gaat, maar om het hele verhaal, waarvan je alle fases mee doormaakt. Ergens is dat toch nog altijd wat taboe om over dat soort gevoelens te praten. We willen ons als sterk verkopen, zelfs al is onze relatie op de klippen gelopen, onze trots bewaren. Ik denk dat het goed is om te laten zien dat het normaal is dat je op zo’n moment extreme emoties beleeft, en dat je dat mag toelaten. We moeten niet altijd rationeel blijven en luisteren naar vrienden die ons aanraden ‘hem te vergeten en verder te gaan’.”

enola: Als het muzikale equivalent van een huilende instagram-selfie?

Kreusch: “Ja, maar toch … (lachje) Zo’n selfie snap ik niet echt. Ik ben net niet van die generatie, en die praktijk is op zich toch ook op een vreemde manier wat ijdel. Natuurlijk moet je niet alleen de gelukkige momenten delen, ik begrijp het idee, maar … ”

enola: IJdelheid is nochtans ook inherent aan wat jij doet: je kruipt op een podium, een drang die je als kind al had.

Kreusch: “Natuurlijk. En daar worstel ik vaak mee hoor. Maar ijdel? Ik denk dat ik gewoon trots wil zijn op mezelf. Op het podium heb ik de kans om de persoon te zijn die ik graag zou willen zijn, maar niet durf zijn in het echte leven. Maar je bent in deze job inderdaad voortdurend met jezelf bezig. Alles draait rond jezelf, je moet over jezelf praten, … Misschien is het daarom dat ik in mijn dagelijks leven het geluk haal uit voor anderen zorgen, zoals voor mijn hond. Ik hoef me niet elke dag op te kleden – ik draag doordeweeks vaak gewoon een jogging, net omdat ik anders al zo veel met mijn kledij bezig moet zijn.”

enola: Als je over Montbray moet praten, dan gaat het onvermijdelijk ook over die afgelopen relatie. Dat lijkt me ook niet evident.

Kreusch: “Het enige dat ik er vervelend aan vind, is dat iedereen weet over wie het gaat. Zelf heb ik er geen probleem mee om over mijn gevoelens te praten, want ik weet dat die niet anders zijn dan die van anderen. Iedereen beleeft zo’n breuk op min of meer dezelfde manier. Dat zijn naam daarbij ook duizend keer moet vallen, vind ik minder leuk, want het draait niet per sé om hem. Het had net zo goed iemand anders kunnen zijn. Montbray gaat voor mij veel meer over hoe ik uit die split ben gekomen, hoe ik ben gegroeid als persoon. Ik benoem niet eens wat hij heeft gedaan, of wat ons uit elkaar heeft doen gaan. Het vertelt hoe ik er ben uitgeraakt.”

enola: Maarten en jij waren vooraf best open over jullie open relatie. Dat was natuurlijk die focus een beetje uitnodigen.

Kreusch: “Maarten deed dat. (lachje) En ik was natuurlijk niet bij die interviews om hem tot wat meer discretie aan te manen. Dus spijt? Het is zijn verhaal, zijn teksten en interviews; zijn job. Ik ben hem heel erg dankbaar voor alle lof die hij me steevast toezwaaide en hoe hard hij me heeft verkocht aan het publiek, maar het is wel typisch dat ik dat nu moet bespreken. Ik heb over onze relatie nochtans een andere plaat geschreven dan waar hij over zong. Ik vind het nogal typisch dat de vrouw het dan mag uitleggen. Ach, gelukkig is dat ondertussen al wat gaan liggen.”

enola: Hoe kijk je nu terug op dat concept van die open relaties? Zie je dat nu als iets dat altijd gedoemd was, of zou dat in theorie kunnen werken?

Kreusch: “Ik zie het vooral als ‘zo gaat het leven’. We proberen dingen uit en merken dan wel of het marcheert of niet. Of je leert iemand anders kennen, en het is meteen helemaal verschillend. Als mensen een open relatie willen proberen, moeten ze dat zeker doen, want ik weet niet eens of dat nu net de reden is dat we uit elkaar zijn gegaan. Een relatie kan soms ook gewoon op zijn.”

“Geen relatie is hetzelfde. Ik ben nu met iemand samen en die kwestie is zelfs niet aan bod gekomen. We zitten allebei ook in een andere fase van ons leven dan Maarten en ik indertijd. We waren jonger, vrijer en vooral meer zoekend.”

enola: Montbray is uitgekomen net toen we de laatste lockdown in gingen. Heb je het gevoel dat je nu moet vechten om ze opnieuw wat aandacht te geven?

Kreusch: “Als ik kijk hoeveel festivals ik mag spelen, dan valt het wel mee. Ik vind het zelfs extreem veel, want ik had niet verwacht dat ik én Werchter én Pukkelpop én Gent Jazz zou mogen doen. En eigenlijk ben ik aan het proberen om al weer wat nieuwe dingen te schrijven, maar het gaat nog moeilijk. Ik heb namelijk het gevoel dat ik na de zomer snel ga moeten schakelen en met iets nieuws zal moeten komen.”

“Ik hoor voortdurend over labels die komen kijken vanuit Parijs – Sony Frankrijk, bijvoorbeeld – en dan is het al snel van (knipt met vingers) ‘best een nieuw nummer, want nu moet het gebeuren’. Dat geeft stress, want ik ben geen songfabriek die elke dag een nummer klaar heeft. Er kan heel lang niets komen, tot er iets gebeurt dat mijn leven overhoop gooit en ik op een maand tijd véél schrijf. Het is dus allemaal best stressy, waardoor ik niet echt kan genieten van wat er nu allemaal gebeurt. Al dat ‘goed bezig’ en ‘doe zo verder’ en ‘nog nog nog’ werkt heel erg verlammend voor me.”

enola: Maar ondanks die druk heb je wel zin om ook naar het buitenland te trekken?

Kreusch: “Natuurlijk. Ik hoef niet per se naar Hollywood – al wil ik wel eens zien hoe het daar aan toe gaat – maar ik ben ook realistisch: ik weet hoe fucking hard het is, alleen al om met mijn band naar ergens te vliegen. Het is moeilijk om dat te doen en technisch goed uit te voeren. Eigenlijk zou ik een paar stappen willen overslaan en meteen met zo’n grote tourbus op pad gaan. Ik ga dus graag de grens over, want dat geeft meer kans om te spelen, echt op tournee te gaan. Want in Vlaanderen ben je snel rond: vier of vijf clubshows en je hebt alles gehad. Dat voelt als veel werk voor weinig geld. En een mens wil nu eenmaal graag spelen.”

“Het probleem is dat je niet weet waar je terechtkomt. Met Soldiers Heart mochten we ooit eens een showcasefestival in New York spelen. Je stopt daar heel veel geld en tijd in, maar dan kom je aan in een klein café, met één monitor, en we kregen geen kwartier om op te stellen. Dan kun je onmogelijk een goeie set spelen. Op dat vlak ben ik realistisch geworden: ik wil eerst weten of er genoeg volk gaat komen. Of laat me maar eerst een voorprogramma spelen. Zo heb ik met Balthazar in heel Europa kunnen optreden, maar ook dan speelden we maar met twee en veel elektronischer. Je moet vaak eerst tien stappen terug zetten om verder te geraken, en dat zien mensen soms niet.”

enola: ‘Ik heb veel kutshows moeten spelen om hier te raken’, zei je ooit. Wat is de grootste kutshow die je je nog herinnert?

Kreusch: “Zoveel. ’s Middags om één uur op een festival staan waar de peuters over de grond kruipen, is niet dankbaar. En vorige zomer stonden we live op een erg elektronisch festival in Nederland. De dj die tijdens de soundcheck draaide, werd ook door onze oortjes gestuurd. En tijdens onze show beukte de muziek van twee andere dj’s door onze tent heen. Ik heb toen getwijfeld om niet op te treden, maar ik heb het wel gedaan. Maar toch: op zo’n moment voel je je gewoon belachelijk.”

enola: En aan de andere kant bleek je in Kiev gewoon een popster te zijn.

Kreusch: (lacht) “Ja. Dat publiek was zo enthousiast dat ik het gevoel kreeg niet eens iets te moeten doen. Ze vonden alles sowieso fantastisch. Da’s dankbaar, al heb ik niet het gevoel dat ik toen een goeie show heb gegeven. Het is gek om dan te weten dat die stad nu in oorlog is. Ik krijg ook veel berichtjes van mensen daar – al lang vooraf hoor – en nu zelfs vanuit hun kelder, met de vraag of ik alsjeblief over hun strijd wil posten op sociale media. Dat heb ik ook gedaan.”

“Het heftige is dat ik de week dat de oorlog uitbrak normaal in Kiev had moeten optreden. Tot de dag voor de inval bleef de organisator volhouden dat het veilig was. We hebben getwijfeld. Gek om te denken dat we net zo goed daar hadden kunnen staan. Ik kan me niet inbeelden … Ik hoop dat die oorlog geen jaren blijft aanslepen. In mijn hoofd sta ik daar volgend jaar opnieuw en kan ik wél optreden.”

Sylvie Kreusch staat op vrijdag 15 juli op Gent Jazz.

Sony
Beeld:
Ferry Van Der Nat

recent

JD Morvan / Victor Matet / Cesc & EFA :: Vaarwel Birkenau

Vaarwel Birkenau toont de Holocaust van binnenuit. Overlever Ginette...

ILA :: Ayna

Het was met verbetenheid dat Ilayda Cicek zich met...

Mr. & Mrs. Smith – Seizoen 1

Donald Glover komt soms een beetje over als een...

Constant Permeke in tegenlicht :: Permekemuseum, Jabbeke

In 2020 sloot het Permekemuseum voor een grondige renovatie...

Zap Mama

25 april 2024De Roma, Borgerhout

verwant

Live /s Live 2023 :: Dire Straits in strandzand

Eerst Zeebrugge, nu Antwerpen. Zou Live /s Live bij...

Sylvie Kreusch

Live is Live festival

Sylvie Kreusch

9 juni 2023Best Kept Secret, Hilvarenbeek

Sylvie Kreusch

11 september 2022Leffingeleuren, Leffinge

Sylvie Kreusch

18 augustus 2022Pukkelpop, Hasselt

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Schrijf uw reactie
Vul hier uw naam in