Met Pinocchio uit 2019 toonde regisseur Matteo Garrone dat de Italiaanse verbeeldingskracht niet moest onderdoen voor de Mexicaanse van Guillermo del Toro. ‘Wat Matteo kan, dat kan ik ook’, moet vakgenoot Gabriele Mainetti gedacht hebben toen hij zijn ‘sprookje’ Freaks Out losliet op het publiek tijdens het recente filmfestival van Venetië. Helaas leunt de film iets te sterk aan bij het X-Men universum om op eigen benen te kunnen staan.
Welkom in Circus Mezzapiotta! Als de rook in de openingsminuten letterlijk en figuurlijk is opgetrokken, nodigt Israël, de joodse circusdirecteur, ons uit in zijn gammele tent om de kunstjes van enkele ‘freaks’ te komen bewonderen.
Zo is er Cencio, een albinojongen die insecten kan controleren, Fulvio, een ‘wolfman’ die ijzersterk is, Mario, een dwerg die metaal kan beheersen en ten slotte Matilde, een adolescente die elektriciteit kan produceren en die onder geen beding iemand mag aanraken. Ondertussen probeert ‘Obersturmbannführer’ Franz, die met ‘Zirkus Berlin’ door het Italië van de Tweede Wereldoorlog trekt, wanhopig de verblijfplaats te achterhalen van vier freaks die hij in zijn met ether doordrenkte visioenen heeft gezien. Hij denkt immers dat de vier het Derde Rijk van zijn nakende ondergang kunnen redden.
Het duurt niet lang of je hebt als kijker door dat Mainetti schaamteloos bij het X-Men universum aanleunt om zijn verhaal te vertellen. Matilde, die tijdens de film evolueert van puberaal wicht naar jongvolwassen vrouw, is een mengeling van het Rogue/Dark Phoenix personage, terwijl Mario letterlijk en figuurlijk een miniversie is van Magneto. Het feit dat de prent zich afspeelt tijdens de Tweede Wereldoorlog, een piste die ook al uitgebreid werd behandeld in X-Men: Apocalypse, doet er ook geen goed aan. Er is niets mis met een hommage aan deze karakters, maar in dit geval kunnen we toch spreken van een eerder ongezonde kopieerdrift. Als Matilde op het einde van de film haar krachten toont, is het déjà vu-gevoel compleet. Het wordt nog interessanter als de Italiaanse regisseur zijn muziekkeuze voor de film op ons loslaat. De scène waarin nazi Franz het nummer Creep van Radiohead op de piano te berde brengt, heeft de subtiliteit van een voorhamer. En wat zingen de partizanen die vechten tegen deze ongure nazi’s? Juist, Bella Ciao!
Freaks out is een weinig inventieve of subtiele rolprent die het wellicht moet hebben van de connecties met X- Men en de verwijzingen naar The Wizard Of Oz om een bestaansreden te kunnen waarborgen. We waren bovendien ook erg verwonderd dat het Duitse toptalent Franz Rogowski zich verwaardigde om in dit onding mee te doen. Het is helaas de eerste smet op het verder smetteloze blazoen van de man. Wat Gabriele Mainetti betreft, is het misschien raadzaam dat de cineast het geweer van schouder verandert. They Call Me Jeeg, het debuut van de Italiaan, was ook al te classificeren in het superheldengenre. We hopen dat hij de hardnekkigheid om te slagen in dit genre laat varen, anders is hij in hetzelfde bedje ziek als Kevin Costner. De Amerikaan wou na Waterworld per se bewijzen dat het postapocalyptische genre hem lag en schonk de wereld vervolgens de absolute draak The Postman. Aangezien Mainetti nog aan het begin van zijn filmcarrière staat, wensen wij hem in ieder geval meer geluk dan Costner.       Â