Suede

Mei inhaalmaand, deel drie. Zevenentwintig jaar na datum vierde Suede vijfentwintig jaar Coming Up. Met de honger van twintigjarigen.

Splitten was geen optie, dus toen gitarist Bernard Butler na het gotische Dog Man Star opstapte, maakte Suede de enige andere keus: de groep nam een hitplaat op die al het voorgaande in de schaduw zette. Coming Up werd de plaat die Suede definitief naar de hoogste regionen van de Britse popwereld catapulteerde, en dus mag ze gevierd. Twee jaar na datum zet de groep de 25ste verjaardag van zijn meest neonkleurige plaat in de kijker met een integrale uitvoering.

Vaststelling: dit is de bisronde. De eerste zes nummers van Suedes derde album zijn een parade van singles en hadden-net-zo-goed-singles kunnen zijn, en zouden bij mindere bands het culminatiepunt van een optreden zijn. Vandaag is “Trash” het openingsnummer – laat dat even inzinken. Wat volgt is de daverende T-Rex-gitaar van “Filmstar”. Brett Anderson staat ondertussen al lang het publiek op te jutten van op de monitors. Nog twee nummers verder is zijn hemd tot op de draad doorweekt. Dit is nog altijd the hardest working man in Brit business.

“She”: alweer zo’n geweldige glamrockriff, en je bedenkt dat dit ongeveer de eerste songs waren die de toen achttienjarige Richard Oakes als vervanger voor Butler schreef. Wat doe je dan nog met de rest van je leven? De gitarist staat er onbewogen bij te musiceren, het tegendeel van Anderson die als een hongerig kind de aandacht opeist, en blijft eisen. Je vergeet naar de vier zoutpilaren rond hem te kijken.

Dit is een band die geen automatische piloot kent, en telkens speelt om te winnen. Het ‘lalala’-einde van “The Beautiful Ones” wordt nu als intro al gelanceerd; meezingen zult u, en dat is nodig, want hoe goed Anderson nog zingt, de hoge noten haalt hij niet meer. Daarvoor morst hij ook te veel met energie, durft hij buiten adem zijn. Dit is nog altijd een rock-‘n-rollshow. Wie perfectie wil, gaat maar naar Adele.

Dat was de bisronde dus. “Starcrazy” – bijnaam onder vrienden is ‘pintje?’ – is een eerste rustpunt. ‘We zijn nogal uitbundig’, benadrukt Anderson het einde-van-de-tourgevoel. ‘En hoe beter om dat te vieren dan met een depressief nummer over auto-ongelukken? “Picnic By The Motorway” dus? U kent Coming Up ook: natuurlijk. En dus volgt ook “The Chemistry Between Us”, een episch uitgesponnen verhaal over druggebruik en liefde. Het dramatische “Class A, Class B: is that the only chemistry between us?” is een bon mot dat uit de mond van een wereldwijzere Morrissey ontsnapt had kunnen zijn.

En toch is Suede geen nostalgie-act. ‘We zijn al veel te lang op tour met oude nummers’, galmt Anderson aan het begin van het tweede deel. ‘Terwijl we vier – vier fucking jaar! – al nieuwe nummers aan het schrijven zijn.’ In primeur krijgen we de eerste live-uitvoering van de vandaag geloste single “She Still Leads Me On”. We willen daar graag nog even geen oordeel over vormen, maar vertellen u dat Suede ook na zijn reünie in 2009 nog drie heel erg puike platen heeft uitgebracht. Liever put de groep daar nu eerst even uit, dan gewoon wat publieksbehagende hits af te vuren. Al kun je de vraag stellen of het energieke “It Start And Ends With You” daar niet gewoon tussen hoort.

In het laatste half uur laat de groep alle kanonnen bulderen. B-kantje-cum-hit “Killing Of A Flash Boy” – meer glamrock werd het niet – geeft het startschot van een eindspurt die een al levendig zaal helemaal doet overkoken. “We Are The Pigs” – het beste protestlied van de ninetiesgeneratie – zorgt voor kleine moshpitjes, “So Young”, Metal Mickey” én “Animal Nitrate” in één sequentie is zelfs voor Suedefans bijna te veel. Beter wordt het niet.

En toch is het slotwoord aan het heden, want zo koppig zijn ze wel bij Suede. “Life Is Golden” is hét anthem van laatste plaat The Blue Hour, Anderson duikt het publiek in om van daaruit te zingen. Hebben wij het hemd van een doorzwete vijftiger aangeraakt? Het was volstrekt per ongeluk, mijnheer.

Terwijl we nog een pintje bestellen merkt de serveuse spontaan op: “goeie band, zeg! Ik kende ze niet tot vandaag, en ontdekte dat ik net even oud ben als die plaat die ze hier spelen”. Ze is jong, hip en, welja, mooi. Dertig jaar in business of niet, Suede is het nog niet kwijt.

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Schrijf uw reactie
Vul hier uw naam in