Al decennia is William Basinski actief in het vage grensgebied tussen modern klassiek en ambient, maar het is pas pakweg de afgelopen tien jaar dat zijn werk wat breder erkend wordt. Die trage erkenning ligt mogelijk aan het feit dat zijn muziek tot de meest minimale ambient behoort die er bestaat, met composities die gemakkelijk volledige platen innemen zonder ook maar een keer in de buurt van een echte melodie of ritme te komen.
Meest gelauwerd is hij voor zijn Disintegration Loops, waarop hij loops filterde uit oude opnames van eigen muziek op tapes die stilaan hun houdbaarheidsdatum overschreden, om ze dan een uitgepuurde, extreem repetitieve ambientbehandeling te geven. Op Nocturnes duikt hij ook in zijn archieven, maar deze keer laat hij de opnames voor wat ze zijn en presenteert hij ze zonder verdere digitale bewerking.
De titeltrack, daterend uit 1979, is een veertig minuten lange hyperminimalistische compositie voor geprepareerde piano en tape die het geduld van zelfs een doorwinterde ambient luisteraar behoorlijk zwaar op de proef stelt. “Nocturnes” bestaat uit spaarzaam aangeslagen dissonante akkoorden die een diffuus klankterrein uiteenzetten waarbij de opeenvolging van de noten wel eens durft verschuiven, en de vage galm van de tape hier en daar meer op de voorgrond treedt, maar die aan een dermate glaciaal tempo voortbeweegt dat die verschuivingen nauwelijks merkbaar zijn. Zelfs wanneer scherp aangeslagen akkoorden invallen grijpen ze niet meteen de aandacht, en lijken ze gewoon bij te dragen aan een eindeloos continuüm van klank. Het lijkt bijna heiligschennis om het te zeggen, maar de edit van deze compositie met een lengte van elf minuten die te streamen is op Basinski’s website is een pak verteerbaarder en zegt in essentie ook alles wat de vierdubbele versie te zeggen heeft.
De tweede compositie op Nocturnes, “The Trail Of Tears”, is recenter (met name uit 2009) en volgt veel meer de gekende aanpak die Basinski hanteerde bij zijn Disintegration Loops. Met een lengte van 28 minuten is het ook geen doetje, maar in tegenstelling tot “Nocturnes” weet Basinski hier wel net genoeg verschuivingen en textuurverschillen aan te reiken. Het tempo is hier nog steeds glaciaal, maar er valt wel een duidelijke evolutie waar te nemen waarbij een onder echo begraven pianoloop stilaan verzinkt in een kabbelende zee van delay en reverb die langzaam aan de volledige klank domineert. Het ritmische van de loop komt dan nog enkele keren als het ware naar adem happen, tot in de tweede helft van het nummer een donkere, eindeloos uitgerekte drone de uitgeleide aandient.
Als er iets duidelijk is uit Nocturnes, is het misschien wel dat Basinski een subtiele maar niet onbelangrijke evolutie heeft doorgemaakt in zijn leerproces als componist. In de titeltrack die uit zijn beginperiode stamt, is hij als het ware nog zoekende naar manieren om een lang uitgerekt stuk zonder melodische of ritmische leidmotieven boeiend te houden, een zoektocht die hij in zijn recente werk, met “The Trail Of Tears” als goed voorbeeld, nagenoeg tot perfectie heeft uitgewerkt. Dat maakt deze Nocturnes weliswaar tot een interessant document, maar wel een dat enkel de diehard fans zullen weten te appreciëren.