Hoewel we de hele folkrevival zo’n beetje gemist hebben en nog steeds geen anti- van een freak-folkie kunnen onderscheiden, duikt af en toe een reguliere folkplaat op die ons los van de sokken blaast. Flowers From The Man Who Shot Your Cousin is zo’n nieuwkomer die het bloed doet stollen.
Na June Madrona’s A Long And Ugly Road vorige week, gooit Waterhouse Records opnieuw een uitermate fijne plaat binnen. Het Parijse label scoort daarmee hoge ogen en lijkt het oude continent te voorzien van de betere obscure folk die aan de overkant van de grote plas verschijnt. En net als bij June Madrona gaat het in dit geval om een singer-songwriter die zich van een groepsnaam bedient om zijn project naar buiten te brengen.
De in Frankrijk geboren, maar in New York opgegroeide en sindsdien tussen beide continenten pendelende Morgan Caris keerde als tiener de platenkast van zijn ouders binnenstebuiten en kreeg zo de folkmicrobe te pakken. In de praktijk moest eerst nog een meer rockende omweg gemaakt worden via het indiepopgezelschap Loons — door Caris samen met een jeugdvriend gestart — dat uiteindelijk twee platen zou maken.
Pas nu, op zijn 32ste, lijkt Caris zijn ware aard gevonden te hebben en maakt hij opnieuw zijn opwachting als de vertolker van broze en aandoenlijke akoestische liedjes. Vaak zijn het ingetogen autobiografische miniatuurtjes, zoals "Crow Black Harm", die de vertwijfeling waar Caris mee kampt kanaliseren en naar buiten brengen, waar ze zich als herkenningspunt en houvast aandienen voor getroebleerde jongenmannen die grip proberen te krijgen op een steeds dollere wereld.
Dat de naam Leonard Cohen in zo’n context vroeg of laat moet vallen, is onvermijdelijk, maar evengoed een absoluut compliment voor Morgan Caris. Alleen in het ingetogen "Girls" vallen trouwens echte echo’s van Cohen op te merken, in de andere nummers blijft de gelijkenis eerder beperkt tot de atmosfeer. Bij momenten net zo beklemmend, maar altijd even indrukwekkend.
Daarnaast lijkt Caris zich evenzeer als een poëet te ontpoppen als de oude Canadese bard. Het ontroerende "Postcard From A River" grijpt naar de keel en confronteert de luisteraar met mislukkingen en hardnekkige zoektochten die eveneens gedoemd zijn opnieuw op mislukkingen uit te draaien. Toch berust de zanger, want als hij niet zou zoeken, wat moet hij dan?
Zoals te verwachten, komt daar ook een flinke dosis liefdesverdriet bij kijken. Zoals het niet kunnen krijgen van dat ene meisje ("Lay Down Your Arms") of haar gewoon niet meer willen zien omdat je er ziek van wordt ("I Do Not Love You Anymore"). Hoewel het thema zowat kapot gebruikt is, klinkt het hier nog, met permissie, fris en raakt alleen al het aanhoren je als een echt blauwtje.
Flowers Form The Man Who Shot Your Cousin slaagt er in met een simpele gitaar, hier en daar een sobere ritmesectie en een occasionele viool heel authentiek en geloofwaardig over te komen in een genre waarin zowat alles al gezegd en gespeeld is. Dat de nummers zich een weg naar het hart boren, zal daar vast mee te maken hebben. Hopelijk blijft Morgan Caris nog even in deze gedaante platen maken, want het zou absoluut zonde zijn mocht het bij deze Hapless blijven.