Zijn ogen mogen hem de laatste tijd in de steek laten, dat weerhoudt Elton John er niet van nog steeds muziek te maken. Onlangs werkte hij daarvoor samen met Brandi Carlile. “Brandi wie?”, horen we u van hier denken. Tijd voor een korte introductie, want met negen albums, elf (!) Grammy Awards en twee Emmy’s op haar naam is ze in de VS al lang geen onbekende meer.
Aan deze kant van de oceaan is de countryster dat echter wél nog, al komt daar stilaan verandering in. Dankzij de extra aandacht die haar samenwerking met Elton John opleverde, waagde Carlile zich aan een bescheiden eerste Europese tournee met veertien stops. België stond (nog) niet op het programma, waardoor ook heel wat Belgen hun weg vonden naar Paradiso in Amsterdam.
Haar The Lost Time-Tour raakte op twee avonden na nagenoeg meteen uitverkocht. Het zorgde vanavond voor een zinderende, gespannen sfeer: het voelt alsof je iets bijzonders staat te beleven – iets waarvan je op voorhand al wist dat het memorabel zou worden. Nog voor het voorprogramma begint, zingt het publiek luidkeels mee met 80’s-hits die door de DJ worden opgelegd. Die weet duidelijk welk publiek hij voor zich heeft. Audrey McGraw, die de show opent, verbaast vriend en vijand met een indrukwekkende stem – durven we zelfs zeggen: vocaal sterker dan Carlile zelf? Haar repertoire is nog beperkt, maar haar stem is alleszins klaar voor het grote werk.
Wanneer Carlile uiteindelijk als eerste het podium opstapt, geflankeerd door haar trouwe gitaristen Tim en Phil Hanseroth, barst de zaal los in een oorverdovend gejuich. Met “Raise Hell”, een flinke portie stampcountry, wordt meteen stevig afgetrapt. Niet veel later volgt al meteen “The Story”, het eerste hoogtepunt van de avond. Het ingetogen “Cannonball” zet ze even later volledig onversterkt in: de zaal houdt de adem in.
Met het breekbare “Who Believes in Angels” bewijst Carlile dat ze meer in haar mars heeft dan enkel alt-country. Ze vertelt openhartig over haar jeugdidool Elton John, die uiteindelijk haar beste vriend werd, en later zelfs haar partner in crime. Het nummer is het enige van hun recente samenwerking dat ze vanavond live brengt, en zou niet misstaan in een Las Vegas-musical. Dat ze zich niet zomaar in het americana-hokje laat duwen, is overduidelijk.
Een drummer heeft Carlile nog altijd niet, niettemin breidt de band langzaam uit. Pianist Reuben James voegt zich bij het gezelschap, samen met de SistaStrings, in knalgele outfits op viool en cello. Laagje na laagje bouwt de set zich op richting het onvermijdelijke hoogtepunt: “Turpentine”. Daarbij deelt de zangeres de zaal in drie secties in, en vraagt ze het publiek een driestemmig koor te vormen. Het resultaat is magistraal. De rechtersectie verzint spontaan een kleine tussenmelodie, die Carlile en de band na afloop nog eens oppikken. Zichtbaar ontroerd zet ze onder luid applaus de eindspurt in.
Na een diep ontroerende uitvoering van “The Joke” volgt nog een cover van Linda Ronstadt’s “Long Long Time”, waarna ze verdwijnt voor de bisnummers waarin Audrey McGraw opnieuw wordt opgeroepen voor een bloedmooie versie van “Unchained Melody”. Carliles rauwe, ietwat hese stem moet hierbij het onderspit delven voor McGraws klok van een stem – iets wat die eerste zelf ook erkent wanneer ze letterlijk door de knieën gaat uit respect.
Na een uitbundige voetbalchant sluit ze de avond ingetogen af met “Party Of One”. De lyric “Amsterdam, I am yours” vormt het perfecte slotakkoord van een avond die meer voelde als een liefdesverklaring dan als een concert.



