COLUMN :: Slijpschijf #53

Journalist DIRK STEENHAUT snijdt zich tweewekelijks aan de scherpste kantjes van de rockmuziek.

Wat mysterieus is, trekt de aandacht. Marketeers hebben die logica al vaker toegepast en ook Wu Lyf heeft het oorzakelijke verband tussen het een en het ander bijzonder goed begrepen. Het kwartet uit Machester speelde dus twee jaar verstoppertje met de Britse pers: de identiteit van de groepsleden werd angstvallig geheim gehouden, interviews waren uit den boze en filmpjes en manifesten op hun website moesten de indruk scheppen dat we met een dubieuze secte of een terroristische cel te maken hadden. Op die manier voedde de groep allerlei speculaties, wat het journaille dan weer aanzette tot allerlei amateuristisch detectivewerk. Missie geslaagd, met andere woorden, want Wu Lyf groeide in minder dan geen tijd uit tot een hype. Ieder concert van het gezelschap kreeg de allure van Een Gebeurtenis en inmiddels heeft het zelfs al meer concerten in het buitenland gespeeld dan in Groot-Brittannië zelf.

Vandaag weten we dat Wu Lyf een acroniem is voor World Unite – Lucifer Youth Foundation en dat de vier jonge Engelsen, die in april nog te zien waren tijdens het Dominofestival van de AB, er haast teleurstellend normaal uitzien. Maar de ultieme test zit hem natuurlijk in hun muziek. Hun liveprestatie in Brussel liet al een gematigd positieve indruk na en die wordt nu bevestigd door Go Tell Fire To The Mountain. Met dat langspeeldebuut bewijst Wu Lyf alvast dat je het spel van de grote jongens niet mee hoeft te spelen om in de wondere wereld van de popmuziek effect te sorteren. Want ook al werd de groep door alle majors het hof gemaakt, ze stuurde hen vrolijk wandelen en brengt haar cd uit in eigen beheer – nog altijd de beste garantie voor artistieke vrijheid.

Niet dat de songs van Wu Lyf revolutionair of vernieuwend klinken. De heren bedienen zich van klassieke ingrediënten, schrijven toegankelijke, soms wat cryptische liedjes, putten inspiratie uit sixties punk, seventies krautrock en eighties garage en overgieten hun songs steevast met een pittig soulsausje. Dat laatste is vooral de verdienste van zanger Ellery Roberts, die met zijn raspende stem afwisselend doet denken aan Joe Strummer, Screaming Jay Hawkins en Tom Waits. Het orgeltje van de frontman eist een prominente plek op in het klankbeeld en dat geldt ook voor de Afrikaanse getinte highlifegitaar van Evans Kati.

Wu Lyf wijkt aanzienlijk af van de meeste Britpopbands, maar vertoont wèl affiniteiten met energieke Canadese combo’s als Wolf Parade of Born Ruffians. Zodra je het tussen gospel en postrock laverende “Such A Sad Puppy Dog” hebt gehoord, sta je er ook niet meer van te kijken dat Go Tell Fire To The Mountain werd ingeblikt in een kerkgebouw. Dat Wu Lyf niet vies is van een flinke snuif bombast, merk je dan weer aan de galmende drums en de in reverb gedrenkte gitaren. Zelf omschrijft het kwartet zijn muziek, met de titel van zijn eerste single, als “Heavy Pop”, maar ook nummers als “L Y F”, “Spitting Blood” en “Concrete Gold”, die al een poosje op het internet circuleren, behoren tot de hoogtepunten van de plaat. En dan is er nog het euforische “We Bros”, dat werkelijk alle kanten op stuitert. De meeste songs van Wu Luf hebben twee snelheden. Ze klinken tegelijk rauw, gepolijst en een tikje melodramatisch. Na een poosje dreigen de tracks eenvormig te worden, maar om een of andere duistere reden blijf je de cd wel iedere dag opnieuw draaien. Een goed teken, zegt onze ervaring.

Sinds de Boredoms, Boris en Merzbow weten we dat Japan over een florerende noise-scene beschikt. Aan dat lijstje mag gerust het vanuit Tokio opererende damestrio Nisennenmondai (Japans voor ‘millennium bug’) worden toegevoegd, want naar zijn furieuze optreden tijdens het jongste Spotfestival in Denemarken te oordelen, behoort dit gezelschap, dat al actief is sinds 1999, tot de meest opwindende live-acts van het moment. Dat blijkt ook uit de dubbel-cd Live!!!, de registratie van een concert dat de groep eerder dit jaar gaf in een club in Shibuya.

Na de ep-compilatie Neji/Tori en de cd Destination Tokyo is het haar derde internationale release. Dat de heren van Battles fans zijn, hoeft niet te verbazen: ook Nisennenmondai maakt immers uitsluitend instrumentale muziek, incorporeert invloeden uit postpunk, mathrock, no wave en psychedelia en schrikt er niet voor terug zijn nummers tot een kwartier uit te spinnen. Gitariste en synthspeelster Masako Takada, drumster Sayaka Himeno en bassiste Yuri Zaikawa zijn meesteressen van de dynamiek en hun nummers zijn vaak zo repetitief dat je er moeiteloos van in trance raakt. De muziek van het trio leunt, qua spirit, aan bij techno al is ze niet per se bedoeld om op te dansen. Nummers als “44”, het meeslepende “Fan” en de verwrongen disco van “Mirror Ball” zijn echter een voor een gebouwd op grooves waar je onmogelijk weerstand tegen kunt bieden.

De sound van Nisennenmondai is energiek en trefzeker, heeft het effect van een splinterbom die in je hoofd ontploft, maar steunt tegelijk op discipline en een haast mathematische precisie. Luister maar eens naar de hypnotiserende synthloop uit “Appointment” of naar de gitaren die slechts zelden als gitaren klinken. Over hun inspiratiebronnen hebben de dames nooit flauw gedaan: op hun vorige platen stonden titels als “This Heat”, “Sonic Youth” en “Pop Group” en het zou ons niet verbazen mocht daar in de toekomst ook nog “NEU!” aan worden toegevoegd. Het is ons dan ook een raadsel waarom een spraakmakende en overrompelende band als Nisennenmondai niet op Pukkelpop staat. Wakker worden, Limburgse vrienden.

Het Gentse viertal Monogold debuteerde in 2008 met een titelloze cd op Kinky Star, maar is intussen in muzikaal opzicht aanzienlijk geëvolueerd. Dat merk je aan opvolger Homeland een even doorvoeld als ingetogen werkstuk dat steunt op meerstemmige zangpartijen, een elegante piano en lyrisch gitaarspel dat occasioneel de grenzen van de noise verkent. De groep maakt dromerige, melodieuze songs waarin de emotie het voor het zeggen heeft en sfeer het sleutelwoord is. Net als landgenoten Yuko en Motek speelt Monogold met elementen uit de postrock, maar weet ze de clichés van het genre handig te omzeilen. De tempo’s liggen laag en soms, zoals in “We’ll Find A Home” of “So We Say”, gaat de groep de epische toer op. Doorgaans klinkt Homeland echter als de soundtrack bij een desolate film die nog gedraaid moet worden. Het instrumentale “Grace” of het van sierlijk toetsenwerk voorziene “All Around” illustreren dat perfect.

Echt nieuw kun je de sound van het kwartet niet noemen: opener “Silence” leunt aan bij het werk van Low en elders -in “Without” en de titeltrack bijvoorbeeld- lokken de uitgekiende arrangementen en de ijle koorknapenstem spontane associaties met Sigur Rós uit. Daarmee willen we geenszins suggereren dat Monogold geen eigen gezicht zou hebben. Voor zover er al van een verwantschap met Jónsi en de zijnen sprake is, zit die vooral in een gedeelde state of mind, een bezonkenheid die je wel vaker bij IJslandse groepen aantreft. Monogold maakt muziek als stilstaand water, maar wie de moeite neemt om onder de oppervlakte te kijken zal merken dat er in de songs voortdurend interessante dingen gebeuren. Duysterfans mogen dit plaatje alvast zonder nadenken op hun boodschappenlijst zetten.

Sinds Stateless voor het eerst van zich liet horen, in 2007, is er veel gebeurd: diverse personeelswissels, tournees naar minder voor d ehand liggende plekken en een overstap van K!7 naar het Ninja Tune-label. Matilda de tweede cd van het kwartet uit Leeds, verschilt dan ook in meer dan één opzicht van zijn titelloze voorganger. De groep rond zanger Chris James heeft haar ambities niet teruggeschroefd, maar toont zich veelzijdiger dan ooit. Het absolute hoogtepunt van de plaat is het op walsbenen ronddraaiende “I’m On Fire”, een betoverend duet met Shara Worden van My Brightest Diamond. Mochten alle tracks van dit niveau zijn geweest, dan stond Matilda gegarandeerd in ons jaarlijstje. Dat is helaas niet het geval, al neemt het niet weg dat Stateless regelmatig blijk geeft van een rijke verbeeldingskracht.

De single “Ariel”, die voorzien is van een oriëntaalse sitar-intro, drijft bijvoorbeeld op een funky baslijn die ons aan de beste jaren van Japan herinnert, “Miles To Go” is een donkere triphoptrack waarop productietechnieken uit post-dubstep worden uitgeprobeerd en vooral op de tweede helft van de plaat zorgen de strijkers van het Balanescu Quartet regelmatig voor adembenemende momenten. Dat is onder meer het geval in “Ballad of NGB” -denk aan Antony in een exotische setting- en “Song For The Outsider”, al is dat laatste misschien wat overdreven theatraal. “Junior” is een prachtige moderne soulsong en met uitsmijter “I Shall Not Complain” levert Stateless zowaar een zeveintrigerende synthese van de hele plaat. Matilda kent pieken en dalen, maar de muzikale alpinisten onder ons zullen aan dit weerbarstige werkstuk een serieuze kluif hebben.

  • Wu Lyf:: Go Tell Fire To The Mountain, LYF Recordings. www.myspace.com/trubluloveyu
  • Nisennenmondai:: Live!!!, Bijin Record. www.myspace.com/nisennenmondai
  • Monogold:: Homeland, Melchior Record.
  • Stateless:: Matilda, Ninja Tune. www.myspace.com/statelessonline
Beeld:
Kim Duchateau

recent

Masters Of The Air

Toen begin deze eeuw Band Of Brothers verscheen, sloeg...

Fontaines D.C. :: Starburster

Fontaines D.C. for the bigger and bolder: vierde album...

Manu Chao

16 april 2024Het Bau-Huis, Sint-Niklaas

Morrissey wilde op de Lokerse Feesten geen paardenworst, Manu...

Civil War

Nog voordat iemand de film gezien had, veroorzaakte Alex...

Animalia

Het MOOOV-filmfestival biedt een staalkaart van het beste uit...

verwant

COLUMN :: Slijpschijf #63

Journalist DIRK STEENHAUT snijdt zich tweewekelijks aan de scherpste...

COLUMN :: Slijpschijf #62

Journalist DIRK STEENHAUT snijdt zich tweewekelijks aan de scherpste...

COLUMN :: Slijpschijf #61

Journalist DIRK STEENHAUT snijdt zich tweewekelijks aan de scherpste...

COLUMN :: Slijpschijf #60

Journalist DIRK STEENHAUT snijdt zich tweewekelijks aan de scherpste...

COLUMN :: Slijpschijf #59

Journalist DIRK STEENHAUT snijdt zich tweewekelijks aan de scherpste...

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Schrijf uw reactie
Vul hier uw naam in