Het cv van Liam Neeson puilt al ettelijke jaren uit van weinig betekenisvolle actievehikels waarin de karakteracteur uit Schindler’s List en Michael Collins op automatische piloot speelt. Voorbeelden zijn er bij de vleet – denk maar aan de Taken-franchise, Non-Stop, Honest Thief of The Ice Road. Telkens wordt er een variant gesponnen op een inmiddels tot in den treure herhaalde formule, waarin een norse eenzaat centraal staat die bedreigd wordt door onheil of dit zelf veroorzaakt. Het is onpersoonlijk bandwerk dat voor Neeson blijkbaar genoeg brood op de plank brengt. We mogen het dus al eens toejuichen wanneer hij daarbuiten nog eens een goede beurt maakt en zijn ware kunnen etaleert, zoals in de sfeervolle neo-noir Marlowe, maar daar had vakman Neil Jordan de touwtjes in handen. Voor de rest is het al eenheidsworst wat de klok slaat. Bovendien heeft de kijker al lang het punt bereikt waarop die exact weet wat van dit soort lauwe afkooksels te verwachten valt.
Aan het roer van de routineuze actiethriller In The Land Of Saints And Sinners staat de Amerikaanse cineast Robert Lorenz, die zijn sporen verdiende als producent en assistant director van een hele rits Clint Eastwood-films (van The Bridges Of Madison County tot American Sniper). Lorenz regisseerde het icoon zelf ook in het povere Trouble With The Curve en komt nu dus op de proppen met een nieuwe film, maar die is echter niks om over naar huis te schrijven.
In The Land Of Saints And Sinners schiet nochtans veelbelovend uit de startblokken. In de felbewogen openingsscène is een groepje IRA-terroristen actief in de straten van Belfast, waar ze een autobom tot ontploffing brengen die het leven kost aan zes mensen – waaronder drie onschuldige kinderen. Vervolgens duikt het team onder in een slaperig dorpje, waar het tot een confrontatie komt met een gepensioneerde huurmoordenaar. Hierdoor raakt die laatste verwikkeld in een bloederig kat- en muisspel en betaalt hij een hoge prijs voor zijn onafhankelijkheid.
Net als het recente Dead Shot speelt In The Land Of Saints And Sinners tegen de achtergrond van het Iers/Britse conflict dat tijdens de jaren zeventig van de vorige eeuw volop woedde, maar daar stopt verder elke gelijkenis. Hoewel het scenario van Mark Michael McNally en Terry Loane aanvankelijk probeert een wat diepgaander koers te varen, wordt ons daarmee eigenlijk wat zand in de ogen gestrooid, want in de kern gaat het om een oppervlakkige B-film.
Neeson wordt hier nochtans omringd door een fraaie cast, bestaande uit Oscar-genomineerden Kerry Condon en Ciarán Hinds, en vertrouwde gezichten zoals Jack Gleeson (Game Of Thrones) en Colm Meaney (Deep Space Nine), maar zelfs dit bijeengebrachte talent kan de meubels niet redden. Het voorspelbare In The Land Of Saints And Sinners onderscheidt zich quasi nergens van de grijze middelmaat. De Zwitsers-Australische componist Diego Baldenweg tracht zijn steentje bij te dragen door de film wat meer schwung te geven, maar zijn afwisselend dreigende score bevat wel heel veel echo’s van de ongeëvenaarde Ennio Morricone. Als het een schrale troost mag wezen: de landschapsfotografie van Tom Stern (de DOP van Mystic River) is adembenemend mooi. Hij maakt optimaal gebruik van de kille desolate vlaktes, waardoor de aankoop van uw cinematicket alsnog te rechtvaardigen valt.
