Een stripverhaal op basis van een heiligenleven. Echt rock ’n roll kan het uitgangspunt van Vincent. Heilige tussen de Musketiers niet genoemd worden. Toch levert deze nieuwe samenwerking tussen Jean Dufaux en Martin Jamar opnieuw stevig vakwerk op.
Dat een heiligenleven nog eens het uitgangspunt voor een stripverhaal zou vormen, was lange tijd een weinig waarschijnlijk gegeven. Hoewel in de middeleeuwen de zogenaamde hagiografie het centrum vormde van de westerse literaire productie, ligt die tijd al even achter ons. Vandaag is alles wat enigszins neigt naar spirituele geschiedenis haast bij voorbaat verdacht en wordt het sowieso geklasseerd onder de wollige en naïeve vertellingen die niet meer aansluiten bij de verwachtingen en wensen van een hedendaags lezerspubliek. Groot was dan ook onze verbazing toen bleek dat uitgerekend Jean Dufaux het scenario schreef voor een strip over het leven van Sint-Vincentius. Dufaux’ verhalen bevatten vaak een stevige dosis geweld, seks en occultisme, zaken waarin deze Vincent nooit een expert was.
Daarmee komen we meteen bij de grootste verrassing van Vincent. Het verhaal is een rechtlijnige vertelling van een deel van zijn leven. Dufaux houdt zich aan de historische elementen en bronnen die gekend zijn over deze figuur. De soberheid die dit album kenmerkt, is een verademing tegenover een groot deel van zijn andere werk. Wellicht heeft tekenaar Martin Jamar hier ook deels de hand in. Eerdere samenwerkingen tussen Dufaux en Jamar, De Rovers van Keizerrijken en Dubbelmasker, waren telkens echte historische verhalen, zonder enige SF of fantasie. Jamar staat bekend als een tekenaar met een grote voorliefde voor historische verhalen. Deze Belg is één van de partners met wie Dufaux al het langst werkt en samen hebben ze van hun eerdere samenwerkingen grote successen gemaakt. Het blijft een ongelooflijk verhaal trouwens, hoe Martin Jamar als autodidact is kunnen uitgroeien tot één van de sterkste tekenaars van historische strips.
Dufaux geeft het in zijn inleiding bij dit album zelf reeds aan. Het is niet evident om in een heiligenleven zaken als naastenliefde of geloof ter sprake te brengen. Hij portretteert Vincentius echter als een inventief man, die op creatieve manieren ervoor kon zorgen dat de armen geholpen werden. Hij is geen heilig boontje, wat hem meteen ook menselijker maakt. Het maakt het de lezer ook minder moeilijk om mee te gaan in zijn verhaal en hem echt als een personage te beschouwen.
Met de namen van Dufaux en Jamar op de kaft zal dit album geen problemen hebben om te verkopen. Het spreekt voor beide auteurs dat ze de platgetreden paden ook eens durven te verlaten, hoewel het resultaat van dit verstripte leven alleszins vintage Dufaux én Jamar is. Na het afronden van de langlopende reeks Dubbelmasker is Vincent een project op de kortere baan. Na deze one-shot zal ongetwijfeld een nieuwe samenwerking volgen. De kans lijkt ons niet onbestaande dat het opnieuw een historisch verhaal zal opleveren. Met Vincent toont dit duo zich immers nog maar eens als een koningskoppel voor goede verhalen op historische leest. Dufaux slaagt er in zijn historische verhalen telkens weer in om interessante aspecten uit te lichten. Hier zijn ook zijn personages meestal levensechter dan de bordkartonnen en chaotische eenheidsworst in de meeste van zijn fantasieverhalen. Vincent. Heilige tussen de Musketiers is alleszins een aanrader en opnieuw een klassevolle samenwerking tussen Jean Dufaux en Martin Jamar.
