Niemand doet Greg Dulli zoals Greg Dulli. Of de Amerikaan nu rockt met Afghan Whigs, croont bij Twilight Singers, of voor Gutter Twins bloedbroeder Mark Lanegan onder de arm neemt; altijd is zijn stempel herkenbaar. Op Random Desire, zijn eerste echte soloplaat maar de tweede onder eigen naam, is dat alweer niet anders.
Dus ja: er wordt ook op Random Desire weer gesmacht, gezucht, gekreund en gekrijst naar baayybies allerhande. Het beeld op, binnenin en achterop de hoes spreekt boekdelen: een brandende auto. Het leven, en zeker de liefde, is een onuitputtelijke bron van ellende, en Dulli is één van de beste croniqueurs van die miserie. Al weet ook hij af en toe een grijns niet te onderdrukken. “Desolation, come and get it”, gaat het helemaal aan het begin in “Pantomima” om vanaf dat “now you’re listening to me” in een muzikaal vreugdevuur uit te barsten.
Want de gitaren zitten vooraan. Die opener heeft nog die kenmerkende jakkerende sound van Afghan Whigs, van verwachtingsvol begin tot explosief einde had “The Tide” zo uit het oeuvre van Twilight Singers kunnen komen. En dan is er nog “Sempre”, een nummer dat je op die typische manier versnelt en aanzwelt dat je wéét dat er zwaar drama aankomt.
Dat komt ook, maar slechts een nummer later. Vanaf “Mary Me” wordt de sfeer meer ingetogen. Hij sprak die woorden nooit uit, nu zij dood is komt het besef binnen dat het te laat is. De eenzame gitaar die het begeleidt doet zijn best, maar kan weinig licht brengen. Neen, het leven is nog altijd geen ponykamp, maar Dulli kan het desondanks allemaal wel erg romantisch bezingen; het is zwart met een neonrood randje.
Natuurlijk is het nacht. “Black is the night / No one else around”, begint “Black Moon”. “It Falls Apart”, zingt hij in een ander. Hoop? Hoop is voor mietjes, maar dat wil niet zeggen dat we niet kunnen dansen. “A Ghost” heeft niet alleen een swing in de heupen, maar ook een kekke zigeunerviool. “I like what you’re getting out of me”, kreunt Dulli. Wij ook.
“Lockless” is een buitenbeentje. ’t Is Dulli, maar dan not as we know it. Een drumcomputer tikt af, een loopje steekt van wal, en op de achtergrond wordt en sourdine de Last Post geblazen. Het is niet meer dan achtergrond voor wat op de voorgrond gebeurt: een zanger die zijn meesterschap toont. Duli zingt, Dulli zucht, Dulli krijst. Dulli toont dat hij die stem als geen ander beheerst.
Veel gekker wordt het niet. De kans dat Greg Dulli op zijn leeftijd nog verrassend uit de hoek zal komen is klein. Random Desire is as Dulli  as Dulli can be. En dat is dik vijfendertig jaar ver in zijn carrière nog altijd meer dan genoeg.