Lize Spit :: Het smelt

Een beleefde vraag: mogen wij sceptisch zijn? Mogen wij de wenkbrauwen fronsen omwille van de kwaliteitslabels die debutante Lize Spit na het afleveren van een succesvol debuut nu al krijgt opgekleefd? Mogen wij ons afvragen of al de heisa rondom Het smelt overdreven is? Mogen wij ettelijke vertalingen en de plannen voor een verfilming het gevolg noemen van een hype? Met of zonder uw permissie, wij doen het.

De voorbije weken en maanden hield ze literair Vlaanderen in de ban. Collega’s die haar om het eerst hun lof wilden toewuiven, dagbladen die in een rij stonden aan te schuiven om een interview te kunnen afnemen en journalisten die naar haar geboortestreek trokken om feit en fictie ter plekke te ontrafelen: Spits debuut bracht een golf van sensatie op gang, die volledig voorbij ging aan het literaire product dat de schrijfster had neergepend. Als auteur kan Spit daar natuurlijk niet aan doen. Wel noopt het tot de vraag of de roman zijn status helemaal heeft verdiend. Plukt dit debuut aan de kassa’s inmiddels niet de vruchten van de marketingmachine die na de eerste positieve kritieken op gang is gekomen? Misschien. Wie niet cynisch wil zijn, moet Het smelt vooral een kans geven. En wie dat doet, begrijpt waarom lezend Vlaanderen van het boek genoten heeft. Minder begrijpelijk is waarom kritisch Vlaanderen een knieval heeft gemaakt voor Spits talent. Want talent heeft ze, maar aan de top staat de jonge Antwerpse nog niet. Vooral met de voeten op de grond blijven dus, hoezeer de verkoopcijfers de verwachtingen ook overstijgen. Het smelt loopt over van belofte, maar heeft ook zijn zwaktes.

Het ritme van de roman bijvoorbeeld. Hier en daar werd geschreven dat Spit aan het best denkbare tempo vertelt. Niets is minder waar: de literaire truc van het verleden prijs te geven als flashback net voor iets in het heden te gebeuren staat, is eeuwenoud en extreem doorzichtig. Spit rekt het procedé van een autorit (waar maar geen einde aan lijkt te komen) zo lang, dat de lezer begint te hopen dat Eva plankgas geeft. Met haar beeldrijke en van melancholie doordrongen stijl, probeert Spit gewoonweg tijd te kopen. Tijd om heel langzaam het beeld van een Vlaamse jeugd te schilderen. Meer en meer blijkt dat met de klei van deze opvoeding tragische elementen zijn vergroeid, waardoor de sympathie voor het intelligente, pienter observerende personage groeit. Landschap, anekdotiek en psychologie: in Het smelt wordt dit alles behendig in een filmische uiteenzetting verweven, alsof er langzaam wordt uitgezoomd, vanuit het detail naar het overzicht. Zo laat de schrijfster de lezer proeven van een grotere werkelijkheid dan initieel vermoed.

Kortom, Spit weethoe een boek moet worden opgebouwd. Over wanneer welke informatie en emoties op het publiek los te laten, heeft ze niets meer te leren. Zoals gezegd mag het af en toe echter wat sneller vooruit gaan. Bovendien is verhalende ruimte aan het tikken van de tijd in de wereld van de lezer ontfutselen, een hachelijke onderneming. Vooral als stijl het kapitaal is dat de auteur daarvoor investeert, want dan moet die stijl van een homogene kwaliteit zijn. Ook daar is Spits inschatting niet feilloos. Het smelt bevat zinnen om van te smelten, maar evengoed zinnen die zo vergezocht zijn dat ze als een rilling over de ruggengraat trekken. Naturel en gekunsteld liggen in dit boek merkwaardig dicht bij elkaar — nog een oorzaak voor het feit dat de lezer het gevoel kan krijgen dat dit debuut minstens honderd bladzijden korter had kunnen, mogen en moeten zijn. Tot slot moeten enkele reacties gehekeld worden waarin werd gesuggereerd dat dit boek een leven kan veranderen. Mensen die zo ontroerd waren dat ze van een ervaring spraken die hen nooit meer zou loslaten? Excuseer, maar dat is overdreven. De belangrijkste merite van Het smelt is dat het boek een ontwapenend melancholische, zij het zwaar oversekste kijk biedt op een gecorrumpeerde jeugd. Het woord “klassieker” hoort dus in de kast te blijven, of wij krijgen het benauwd.

Het smelt lezen of niet? Dat is uiteindelijk de hamvraag — los van de kwestie of de andere schrijvende media zich in Vlaanderen niet hebben vergrepen aan het overdreven idealiseren van dit debuut. Welnu, wie veel tijd heeft: doen. Wie slechts een paar titels per jaar kan verorberen en die beperkte tijd het liefst doorbrengt in gezelschap van boeken die een fundamentele impact hebben: laat deze hype gerust links liggen. Maar hou Lize Spit zekerheidshalve toch maar in de gaten. Want talent, o ja, dat heeft ze.

7
http://shop.dasmag.nl
Das Mag Uitgevers

recent

Einstürzende Neubauten :: Rampen (apm: alien pop music)

Vijftien probeersels. Vijftien live-improvisaties die in de studio opnieuw...

Masters Of The Air

Toen begin deze eeuw Band Of Brothers verscheen, sloeg...

Fontaines D.C. :: Starburster

Fontaines D.C. for the bigger and bolder: vierde album...

Manu Chao

16 april 2024Het Bau-Huis, Sint-Niklaas

Morrissey wilde op de Lokerse Feesten geen paardenworst, Manu...

Civil War

Nog voordat iemand de film gezien had, veroorzaakte Alex...

aanraders

Ilja Leonard Pfeijffer :: Alkibiades

Bekroond, gelauwerd, alom gelezen en geprezen: zonder overdrijven mogen...

Tommy Wieringa :: Nirwana

Joe Speedboot, Caesarion, Dit zijn de namen en De...

Ton Lemaire :: Bomen en bossen – Bondgenoten voor een leefbare aarde

Wat doe je als je de tachtig voorbij bent,...

Miek Zwamborn :: Onderling – Langs de kustlijn van Mull

Hoe maak je als auteur het landschap tot hoofdpersonage...

verwant

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Schrijf uw reactie
Vul hier uw naam in