De fetisj 50 – Enola’s 50 beste acteerprestaties (4)

De leukste discussies zijn degene die je nooit kan winnen. Is Goodfellas beter dan Casino? Suckt De Kotmadam harder dan FC De Kampioenen? Wie zal het zeggen? Maar dat heeft nog nooit iemand tegengehouden om die discussies tot in het oneindige te blijven voeren, en net zo gaat het op uw favoriete filmredactie. Wat zijn de 50 beste acteerprestaties aller tijden, nog zo eentje. We hebben gewikt, gewogen, gediscussieerd en uiteindelijk een lijst van 50 acteurs (dan wel actrices) opgesteld in hun meest iconische rollen. Van nu tot vrijdag laten we die mondjesmaat op u los. Voor de duidelijkheid: we hebben ze bewust niet in een volgorde geplaatst waar een waardeoordeel aan vast hangt. Dan zouden er lijken zijn gevallen op de redactie. Dit zijn vijftig prestaties waar wij eindeloos naar kunnen blijven kijken en altijd van achterover zullen slaan. Akkoord, niet akkoord? Daarvoor hebben we dus een linkje onderaan het artikel. Laat van je horen!

Charles Chaplin – The Gold Rush (1925), City Lights (1931), Modern Times (1936 )
Komische rollen worden zelden echt naar waarde geschat, en dat gebeurt zeker niet in Hollywood. Hoewel hij misschien de grootste komische acteur uit de hele filmgeschiedenis is, kreeg Chaplin ocharme één schamele Oscarnominatie, voor zijn (sprekende) rol in The Great Dictator. Hij was echter op zijn best als zijn onsterfelijke personage ‘The Little Tramp’, spilfiguur van de drie absolute meesterwerken The Gold Rush, City Lights en Modern Times. Onderwerp van ontelbaar veel haarfijn georkestreerde gags, definieerde Chaplins landloper-met-gouden-hart het begrip ‘komische timing’ – een talent dat minstens even groot is als inlevend acteren. Herinner u hoe Chaplin van twee broodjes en twee vorken een topdanseres maakt in The Gold Rush; hoe verteder(en)d en verlegen hij Paulette Goddard toelacht aan het einde van City Lights; en hoe hij, ondanks alle goede wil, slachtoffer wordt van de arbeidsstrijd in Modern Times. Een silly walk, een bolhoed en wandelstok, en twee wenkbrauwen en een snorretje uit papier-maché: meer heeft Charlie Chaplin niet nodig om zich van een plaats in het acteerpantheon te verzekeren.
Lees de bespreking van de City Lights!
Lees de bespreking van de Modern Times!

Gena Rowlands – A Woman Under the Unfluence (1974)
De hoogblonde Gena Rowlands, wederhelft en muze van John Cassavetes (de schoolgaande jeugd zal zich haar ongetwijfeld herinneren van het sentimentele snotterdrama The Notebook van zoon Nick Cassavetes), toont in A Woman Under the Influence dat een geestelijke stoornis niet noodzakelijk gepaard moet gaan met overacting. Als Mabel, de vrouw van bouwvakker Peter Falk, weet ze het perfecte evenwicht te vinden tussen de charmante hoogtes en hartverscheurende laagtes van haar waanzin. Het leverde Rowlands een Oscarnominatie én een plaats in onze top vijftig op.

Clint Eastwood – A Fistful of Dollars (1964)
Clint Eastwood is niet de acteur met het grootste emotionele bereik ter wereld, maar hij heeft zijn hele carrière lang wel altijd zijn eigen krachten perfect kunnen inschatten. Hij wist waar hij goed in was en dat was wat hij deed. Zijn definiërende rol kwam er midden jaren zestig, toen hij de tv-serie Rawhide vaarwel zei om de hoofdrol te spelen in de Dollars-trilogie van Sergio Leone. De beruchte “Man with no Name” heeft eigenlijk in elke film een andere naam, maar voor de rest weten we niets over hem. Eastwood speelt hem als een fascinerend mysterie, de ultieme ruwe bolster met een blanke pit. Veel dialogen heeft hij niet, wat van zijn werk hier een staaltje puur cinema-acteren maakt: cose-ups, gezichtsuitdrukkingen en half dichtgeknepen ogen doen het zwaarste werk. Het resultaat was een iconisch personage, dat eindeloos geïmiteerd en geparodieerd werd.
Lees de bespreking van de film!

Daniel Day-Lewis – There Will Be Blood (2007)
Daniel Day-Lewis levert de tour de force van zijn carrière als Daniel Plainview, de meedogenloze oliebaron die alles en iedereen op zijn weg vernielt om toch maar de allerrijkste stinkerd te kunnen zijn. Day-Lewis, misschien wel de meest intense method actor aller tijden – is angstaanjagend sterk in PTA’s meesterwerk en trekt als een magneet alle aandacht naar zich toe met een larger than life-rol die toch herkenbaar en menselijk blijft. Hoewel er van dat laatste tegen het einde van There Will be Blood alleen maar een hoopje smeulende as overblijft natuurlijk.
Lees de bespreking van de film!

Klaus Kinski – Aguirre, der Zorn Gottes (1972)
Eén van de zotste mensen die je ooit op een scherm zult zien, deze Klaus Kinski. Off screen was hij een tiran die de crew, en vooral regisseur Werner Herzog, desnoods met de dood bedreigde. On screen… Was hij min of meer hetzelfde. Waanzin was nog nooit zo voelbaar gevaarlijk als hier, alsof Kinski op elk moment door het scherm heen kan reiken om je bij de kraag te pakken. We waren hem liever niet tegengekomen in een donker steegje.
Lees de bespreking van de film!

Sigourney Weaver – Aliens (1986)
Als het acteertalent van actiehelden maar al te vaak wordt ondergewaardeerd, wat moeten de dames dan wel niet zeggen? Sigourney Weaver was een uitstekende final girl in Alien, maar met opvolger Aliens maakte ze zich pas echt onsterfelijk als dé ultieme actieheldin van de twintigste eeuw. Tussen een bataljon legermacho’s en de eindeloze explosies van James Cameron door slaagt ze er toch in om een emotionele vertolking neer te zetten. Ze maakte van lieutenant Ellen Ripley, last survivor of the Nostromo, niet alleen een icoon, maar ook een personage van vlees en bloed waar je als kijker alleen maar zeer intens mee kon meeleven.
Lees de bespreking van de film!

Jack Lemmon – The Apartment (1960)
Dit is ‘m, jongens! Ons favoriete filmpersonage aller tijden uit de beste film aller tijden van de beste regisseur aller tijden! Afijn, dan spreek ik vooral voor mezelf, maar de rest van de redactie gaat daar zo hard niet tegenin gaan, gok ik. En waarom zouden ze? C.C. Baxter is waarschijnlijk de meest aandoenlijke en hartverwarmende figuur die wij ooit op pellicule hebben gezien. De onsterfelijke Jack Lemmon maakte er samen met (het script van) Billy Wilder een historische eenzaat van, verwikkeld in een uitzichtloze zoektocht naar liefde en gezelschap. Maar zó schoon! Ach, The Apartment… Kom, jongens, we gaan ‘m nog eens (voor de dertigste keer?) herbekijken! Yes!
Lees de bespreking van de film!

Charlotte Rampling – Sous le Sable (2000)
De Britse Charlotte Rampling weet haar mannetje te staan; of ze nu een overlevende van een concentratiekamp speelt, in haar adamskostuum voor de lens paradeert of naast grootheden als Luchino Visconti of Woody Allen acteert. In Sous le Sable van François Ozon toont ze dat ook de meer integere rollen haar op het lijf zijn geschreven. Haar schipperen tussen hoop en wanhoop, vertwijfeling en verdriet na de verdwijning van haar man wist zelfs regisseur Ingmar Bergman, die een enorme fan van de film was, te overtuigen. En wie zijn wij om hem tegen te spreken?!

Cary Grant – His Girl Friday (1940)
Ook al waren het heerlijk geschifte vrouwen zoals Claudette Colbert, Rosalind Russell en Carole Lombard die in het middelpunt stonden, één man eiste de troon op als de leading man van het screwball-genre: Archibald Leach, beter bekend als Cary Grant. Hij liet zich opmerken als toyboy van Mae West in haar ondeugende films en brak al snel defintief door met zijn unieke Brits-Engelse accent, charismatische verschijning en komisch talent. Later zou hij zich ook meer toeleggen op drama (check hem zeker eens in Hitchcocks Notorious), maar wij hebben onze Cary toch net iets liever in komedies zoals ‘His Girl Friday’, een screwballklassieker waarin Grant heerst als de egoïstische mooiprater Walter Burns, die alles en iedereen rond zijn vinger draait. Je zou het bijna als vermoeiend ervaren (de film en de dialogen sjezen aan een rotvaart voorbij) mocht Cary Grant het niet allemaal zo briljant en met de zeer brede grijns verkopen. Een legendarische vertolking for the ages.
Lees de bespreking van de film!


Katharine Hepburn – The Philadelphia Story (1940)

De enige ware voorloopster van het feministe, was niet de één of andere sufragette die zich onder een koets heeft geworpen. Nee, wij zetten ons geld in op Katharine Hepburn, één van de weinige vrouwelijke filmsterren van voor de jaren zeventig die niet of een lustobject, of een femme fatale, of een komieke matrone was, maar gewoon een sterke vrouw, die niet op haar mondje was gevallen, die van niemand iets pikte, maar die wel op en top vrouw was. En dan hebben we het nog niet gehad over dat unieke stemgeluid, dat fantastische accent en haar komische timing! Hepburn was misschien nooit beter dan in The Philadelphia Story, één van de ultieme screwball comedies, waarin James Stewart en Cary Grant ongelooflijk hun best staan te doen, maar toch moeten toekijken hoe Hepburn met de film gaat lopen.

recent

¥$ :: Vultures 1

Doorheen zijn hele carrière zijn twee elementen altijd dominant...

Talk Show

27 maart 2024Botanique, Brussel

Eind jaren tachtig sloegen alle rockers plots aan het...

Arthur The King

Uitgerekend in de week dat Joe Camp – de...

Hors-saison

Met zijn sociaal bewogen films past Stéphane Brizé binnen...

Froukje

24 maart 2024Ancienne Belgique, Brussel

Van een blitzcarrière gesproken: een krappe drie jaar geleden...

aanraders

La Bête

De naam Bertrand Bonello laat misschien niet bij iedereen...

Dune Part Two

Na het opvallende succes (de film haalde een allesbehalve...

The Iron Claw

Regisseur Sean Durkin is een kei in het evoceren...

Human Forever

“Hoe ga je met dementerende mensen om?” moet plaats...

Dream Scenario

‘Nicolas Cage is de enige acteur sinds Marlon Brando...

verwant

Juniper

De ‘juniper berry’ (of jeneverbes) is voor gin wat...

Cry Macho

De lange regisseurscarrière van Clint Eastwood heeft altijd periodes...

Richard Jewell

In de herfst van zijn rijk gevulde en lange...

The Mule

‘Ik begrijp niet waarom Billy Wilder ermee ophield, terwijl...

Phantom Thread

Dat Phantom Thread Daniel Day-Lewis’ laatste wapenfeit zou worden,...

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Schrijf uw reactie
Vul hier uw naam in