"Je kan verlangen zien als iets teders, maar evengoed als iets angstaanjagends", aldus Mark E. Everett aka E aka het brein achter eels. Op Hombre Lobo, zijn zevende soloplaat, hinkelt hij voortdurend tussen beide uitersten.
Na het alweer uit 2005 daterende Blinking Lights and Other Revelations, steeds meer beschouwd als E’s opus magnum, en de vorig jaar verschenen, warm aangeraden biografie Things the Grandchildren Should Know heeft E zijn uiterst turbulente verleden van zich af geschreven. E kijkt weer vooruit en klinkt op Hombre Lobo veerkrachtiger dan ooit. Wat niet wil zeggen dat hij een ronduit optimistische plaat heeft gemaakt.
MacGuffin van Hombre Lobo, Spaans voor weerwolf, is verlangen. Dat bleek al uit de vooropgestuurde single "Fresh Blood" en dat blijkt nu al snel uit de plaat zelf. De ondertitel, "12 Songs of Desire" laat bitter weinig aan de verbeelding over en van bij de opener "Prizefighter" spat het verlangen uit de boxen. Hitsige kreetjes, een niet mis te verstane oproep ("Well, if you need me, I’m outta here!") en een stampende gitaarrif: E, of althans het personage in wiens huid hij op deze plaat kruipt, snakt naar een prooi. Getuigen daarvan zijn tekstflarden als "Girl, I want it bad" uit het complexloze "Lilac Breeze" of "What’s a fella gotta do/ to spend a little time with you" waar hij desnoods diep voor door het stof wil kruipen.
De "Dog Faced Boy" van op Souljacker (2001) is groot geworden en dat zullen we geweten hebben. E klinkt op Hombre Lobo nu eens als een huilende wolf die in geen dagen iets te vreten gestrikt heeft ("Fresh Blood"), dan weer als een zich in zelfbeklag wentelend (ja, E blijft altijd E), smekend schoothondje (het heerlijk afgunstige "The Look You Give That Guy"). De dualiteit die E ook live tentoonspreidt (wij zagen hem al hoogst intieme concerten geven, maar evengoed razende rockshows), heeft hij met Hombre Lobo perfect op plaat gecapteerd.
Na iedere uitbarsting volgt een ingetogen biecht, echter zonder stereotiep te worden. Daarvoor is Everett een te begenadigd tekst- en songschrijver. Hombre Lobo is bijgevolg een typische eels-plaat, maar toch weer anders dan zijn vorige albums. Illustratief is de magistrale beginselverklaring "Fresh Blood". Met zijn broeierige ondertoon en door merg en been gaande cry for love is het nu al een van de songs van het jaar.
Ander onvervalst hoogtepunt is "The Longing", oersimpel en toch verdorie aangrijpend. Zonder enig spoor van pathetiek of gênante rijmelarij schetst E perfect de splijtende dualiteit van Het Verlangen ("the longing is a friend/ a way to stay close […] the longing is a pain/ a heavy pressure on my chest"). Een stem en een bloedeerlijke, rake tekst: meer heeft eels niet nodig om zich ver boven de middelmaat te verheffen. Zie ook: "The Look You Give That Guy". Wel vreemd om dat nummer in de Ultratop te zien staan, tussen de Lady Gaga’s en de Hadise’s van deze wereld.
Er zijn er die Hombre Lobo ’meer van hetzelfde’ noemen, en dus ontgoochelend. Zij dwalen. E is immers een van de weinige artiesten van wie ’meer van hetzelfde’ nog altijd stukken interessanter is dan wat veel platgehypte eendagsvliegen afscheiden. "I’m no ordinary man" zingt E aan het eind van Hombre Lobo. Nagel op de kop!