De nieuwe ster aan het elektronicafirmament heet Nathan Fake. Met het in 2005 in haast elke vinylbag vertoevende The Sky Was Pink schiep hij torenhoge verwachtingen voor zijn debuutalbum. Of hij die voor iedereen inlost valt te betwijfelen, want de man doet koppig zijn eigen ding op Drowning In A Sea Of Love.
Fake’s eerste maxi’s waren een epische ontmoeting tussen minimal, progressive en elektronica. Dat hij niet voor een gat te vangen is, was dus al duidelijk. Op dit album laat de Brit de dansvloer voor wat het is en richt hij zijn pijlen op de huiskamer. Wie daarbij aan grote ramen, klinisch witte muren, strakke designmeubels en een strategisch opengeslagen boek over Tai Chi denkt, kan het maar beter bij zijn dertien-in-een-dozijn chill-out verzamelaars houden.
Dit album ondergaat u beter in een halfduister vertrek met bloemetjesbehang dat stilletjes begint te bewegen als je er maar lang genoeg naar blijft kijken. De beklemmende sfeer wordt echter nooit verstikkend. Wie door het kleine venstertje kijkt ziet transformerende landschappen die twijfelen tussen weidse sneeuwvlaktes, beboste heuvels gehuld in mistnevels en steile rotsmassa’s doorkliefd met kabbelende beekjes.
Psychedelische melodieën pulseren doorheen verstoorde noisevelden, ijle synths doorwateren hypnotiserende gitaarriffs en subtiel glitchgepriegel wordt op jachtige drumpaden ingehaald door een muur van echo’s en ruis.
Natan Fake verweeft zijn psychedelische elektronicadeuntjes met repetitieve progrockritmes. Op zijn eigen unieke manier dicht hij het gat tussen Pink Floyd en Boards Of Canada. Niet dat hij aan de genialiteit van voorgenoemden kan tippen, maar voor een amper tweeëntwintig lentes jonge snotneus zet Fake hier toch een onwijs puike prestatie neer.
Dat neemt niet weg dat de fans van zijn eerdere werk zich wel eens flink zouden kunnen verslikken in Drowning In A Sea Of Love. Nergens op het album valt er een droge technobeat te bespeuren: wie hier een danspas op waagt heeft veel lef of is gewoon doof natuurlijk. Men kan het betreuren dat Fake nergens ook maar een minimaal baslijntje laat opduiken. En — eerlijk is eerlijk — we hebben het er even moeilijk mee gehad.
Hoewel onze oren meteen op scherp stonden toen ze voor het eerst werden blootgesteld aan opener "Stops", laat Drowning In A Sea Of Love zich niet van de eerste keer omarmen. Daarvoor vertoont het te veel weerhaakjes en is de schoonheid te zeer verborgen onder krakende lagen gruis. Maar wie niet zit te wachten op de zoveelste hapklare brok electrorock en geen moeite heeft om zelf te kauwen, heeft hier een vette kluif aan.
Fans van M83, Ulrich Schnauss, My Bloody Valentine en bijvoorbeeld ook het ondergewaardeerde Satan’s Circus van Death In Vegas moeten dit schijfje beslist een kans geven. Het is even wennen, maar wie doorzet zal na een paar luisterbeurten een wonderlijke wereld ontdekken.