Pas als er een bom op Walloniƫ valt, zullen wij Vlamingen onze buren opmerken. Zo af en toe zou een blik over het hek nochtans geen kwaad kunnen. Bewijs daarvoor: Monsoon, waarvan het debuutalbum in Vlaanderen helaas bijna onopgemerkt is gepasseerd. Vergevingsgezind als ze echter zijn, krijgt u nu de kans om het alsnog goed te maken.
Is frontvrouw Delphine Gardin krankzinnig? Laten we hopen van niet, maar de vreemde kronkels in haar teksten en haar van zich afbijtende stemgeluid zorgen er wel voor dat wij haar alleen nog met roze fluwelen handschoentjes durven benaderen. Vergelijkingen met PJ Harvey, Siouxsie Sioux en andere straffe madammen liggen voor de hand. Met de persoon voor wie een nummer als āSix Feet Underā — gevaarlijke tekst, dreigende drums en blazers from hell — geschreven is, kunnen wij, meewarig schuddend met ons hoofd, alleen maar medelijden hebben.
De feministen mogen blij zijn: deze keer staat er geen sterke vrouw achter een sterke man, maar is het omgekeerd. Maar liefst vier mannen staan hun frontrouw gedienstig bij, en zij doen dat uitstekend. De balans tussen storm en windstil wordt zeer goed uitgekiend, ook al zal de aandacht toch altijd weer naar het vrouwelijke deel van de groep gaan. Naast Gardin is er immers ook nog de violiste Graindorge, wiens snedige manier van spelen ons opnieuw naar de beschermende handschoenen doet grijpen.
Dat Monsoon qua rockgehalte dEUS evenaart mag duidelijk zijn. Speak valt echter uiteen in twee delen. Aanvankelijk brengt de groep degelijke rocksongs als āAfterglowā en āFuriousā, die niet zouden misstaan in de playlist van Studio Brussel, maar pas later komt hun eigen stijl bovendrijven. āHad A Dreamā en āJoyaā zijn maar twee voorbeelden waarbij Gardin zich helemaal laat gaan en de muziek haar naadloos volgt. Dat soort nummers blijkt ook live het publiek het meest te kunnen bekoren.
Enkele keren laat Monsoon zich van zijn meer ingetogen kant zien, wat wij alleen maar kunnen toejuichen. De ballade āSpeak To Meā zou een schoolvoorbeeld moeten worden, in plaats van na enkele keren op de radio gedraaid te zijn geruisloos te verdwijnen. Een ander rillingen bezorgend nummer is āLonely Rideā, een nachtelijke woestijn met niets meer dan de doordringende stem van Gardin, af en toe een beetje over the top, precies zoals het moet.
Mocht het nog niet duidelijk zijn: het is hoog tijd om de goden op uw blote knieĆ«n te danken dat een groep als Monsoon uit ons kleine landje voort mocht komen en om ervoor te zorgen dat zij op festivals nooit meer aangekondigd worden als āhet best bewaarde geheim van BelgiĆ«ā.